Home Niet-westerse filosofie Het Zelf (Atman) #1
Niet-westerse filosofie

Het Zelf (Atman) #1

Door Michel Dijkstra en Simone Bassie op 23 mei 2014

Het Zelf (Atman) #1
07/08-2013 Filosofie magazine Lees het magazine

Yajnavalkya (800 v.Chr.)
Het ultieme geluk van de mens bestaat in het realiseren van het Zelf

Wat is het?
De onvergankelijke kern van de mens. Atman wordt beschreven als zuiver bewustzijn, eeuwig bestaan en vreugde.

Hoe kun je het bereiken?
Door het ego los te laten.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Wie ben ik? Over deze existentiële vraag heeft de mythische Indiase wijsgeer Yajnavalkya diepgaand nagedacht. Hij stelt dat de mens geneigd is om zich met zijn rollen te identificeren. Bijvoorbeeld dat hij een goede ouder is, excellent op zijn werk functioneert of een trouwe vriend is. Wie een van deze rollen niet juist vervult, kan een behoorlijke deuk in zijn ego oplopen of zelfs in een identiteitscrisis belanden. Yajnavalkya stelt echter dat de mens meer is dan het beeld dat hij van zichzelf heeft.

Mensbeeld
Achter het ego ligt namelijk het Zelf of Atman. Dit Ware Ik van de mens is zuiver geestelijk en staat boven alle vormen van leed. Om het Zelf te leren kennen, dient de mens zijn ego-gerichtheid op te geven. Wie alleen met zijn ‘ik-je’ bezig is, probeert de wereld naar zijn hand te zetten en raakt telkens gefrustreerd. Door zijn ik los te laten krijgt de mens paradoxaal genoeg meer vrede met zichzelf. Zo zal iemand die niet krampachtig een goede manager probeert te zijn door zijn werknemers te controleren en voortdurend op zijn strepen te staan, juist door een stapje terug te doen een goede chef zijn.

Denken over verlossing
Volgens Yajnavalkya bereikt de mens zijn Ware Zelf door over zichzelf na te denken, in combinatie met spirituele exercities zoals yoga. In het India van zijn tijd gingen sommige zoekers naar verlossing echter verder: ascetische praktijken zoals vasten, zelfkastijding of in de opkomende zon turen waren veelvoorkomende middelen om het ego te temmen. Voor de Indiërs uit de Oudheid had het loslaten van het ik namelijk een belangrijke religieuze dimensie: wie hierin slaagde, zou na zijn dood een toestand van eeuwige vreugde bereiken.