Wim Kastein (86) is gepensioneerd huisarts en studeerde filosofie aan de Open Universiteit.
‘Op mijn vijfenzestigste ging ik met pensioen als huisarts. Ik had nog een ouderwetse plattelandspraktijk: ik was er altijd en werd volkomen opgeslokt. Ik kwam niet tot lezen. Dat is ernstig – dan ontwikkel je je niet verder. Aan het einde van mijn carrière kreeg ik het gevoel dat ik iets essentieels miste. Ik ging studeren aan de Open Universiteit: klinische psychologie, sociologie, maar uiteindelijk won de filosofie. Nu ervaar ik mijn leven als zinvoller en interessanter dan vóór mijn vijfenzestigste.
Filosofie heeft mij geleerd om te twijfelen. Ik gebruik als metafoor een boom. Als je je ontwikkelt, begin je bij de stam en dan kies je bewust of onbewust een vertakking, en dan weer een fijnere vertakking. Als je in de filosofie actief bent, dan heb je de mogelijkheid om naar beneden te gaan en een andere vertakking te verkennen. Je kunt zelfs weer terugkrabbelen naar de wortels. Filosofie geeft mogelijkheden. Een geloof hakt die takjes af. Dat vind ik zo arm. Dogma is mijn grootste vijand.
De Spaanse filosoof Savater schreef dat de filosofie niet bedoeld is om ons uit het moeras van onze twijfels te bevrijden, maar juist om ons in die natte drab te storten. Alleen daar kunnen we waardig leven, in de afwezigheid van even absolute als verstikkende zekerheden. Bij zo’n uitspraak kan ik huilen. Hij zegt wat ik zelf had willen uitspreken.
Door te twijfelen in de lengte, de breedte en de diepte blijf ik streven naar souplesse van de geest. Ik wil niet mijn ideeën opdringen – ik wil twijfelen en beïnvloed worden.’