‘We kunnen pas ten volle leven als we accepteren dat het leven zinloos en absurd is’, stelt filosoof van de maand Albert Camus. Lees hier het hoofdstuk over Camus uit Het grote filosofieboek.
Het leven wordt des te beter geleefd als het geen zin heeft
Sommige filosofen zijn ervan overtuigd dat het de taak van de filosofie is om naar de zin van het leven te zoeken. De Franse filosoof en schrijver Albert Camus dacht echter dat de filosofie de wezenlijke zinloosheid van het leven moest onderkennen. Dit lijkt een deprimerende opvatting, maar Camus denkt dat we alleen ten volle kunnen leven als we dit idee omarmen. Dit idee komt voor in zijn boek De mythe van Sisyfus. Sisyfus was een Griekse koning die uit de gratie van de goden was geraakt en veroordeeld werd tot een gruwelijk lot in de onderwereld. Hij werd gedwongen een steen tegen een berg op te rollen, totdat de steen op de top weer terugrolde en hij opnieuw moest beginnen. De mythe fascineerde Camus, omdat deze volgens hem iets leek te zeggen over de zinloosheid en de absurditeit van ons leven. Hij beschouwt het leven als een eindeloze strijd om dingen te verrichten die in wezen zinloos zijn. Camus onderkent dat veel van wat we doen zinvol lijkt, maar zijn idee is tamelijk subtiel. Enerzijds zijn we bewuste wezens die er niets aan kunnen doen dat we leven alsof het zin heeft. Anderzijds bevindt die zin zich niet in de wereld, maar in ons hoofd. De wereld als zodanig heeft geen zin en geen doel, maar omdat wij – in tegenstelling tot andere levende wezens – bewustzijn hebben, zijn we het soort wezen dat overal betekenissen en doelen ziet.
Het absurde onderkennen
Het absurde is bij Camus het gevoel dat we krijgen als we onderkennen dat de betekenis die we aan ons leven geven niet verder reikt dan ons eigen bewustzijn. Dit is het gevolg van een tegenstelling tussen ons eigen idee van de zin van het leven en onze kennis dat het heelal als geheel zinloos is. Camus onderzoekt wat het betekent om met deze tegenstelling te leven. Hij beweert dat we pas ten volle kunnen leven als we het feit accepteren dat het leven zinloos en absurd is. Door het absurde te omarmen, wordt ons leven een voortdurende opstand tegen de zinloosheid van het heelal en kunnen we in vrijheid leven. Dit idee werd verder uitgewerkt door de filosoof Thomas Nagel, die stelde dat de absurditeit van het leven voortkomt uit de aard van het bewustzijn, omdat we weten dat – hoe ernstig we het leven ook opvatten – er altijd een standpunt is van waaruit we de ernst in twijfel kunnen trekken.
Dit artikel is exclusief voor abonnees