Home Bert Keizer: Aristoteles en het brein

Bert Keizer: Aristoteles en het brein

Door Bert Keizer op 20 augustus 2018

Cover van 09-2018
09-2018 Filosofie magazine Lees het magazine

Ik weet niet veel over dit thema, behalve dan dat Aristoteles ergens zegt dat de hersenen slijm afscheiden (dat soms door de neus naar buiten komt) om het hart af te koelen. Was dat maar waar, zou je haast zeggen, dan waren we van een hoop gelazer af. Maar recentelijk werd de Griekse filosoof te hulp geroepen bij een lastige vraag: wat moet je denken van de geestelijke aan- of afwezigheid van mensen met ernstige hersenschade? Zijn ze er nog, of zijn ze er niet meer? Wanneer is iemand geen persoon meer? Een collega stuurde mij een artikel over dit thema uit de Journal of Neuropsychological Rehabilitation van Richard en Diane Playford (april 2018). Ze beschrijven het onderscheid tussen ‘persoon-zijn’ en ‘mens-zijn’. Baby’s zijn wel mens, maar nog geen persoon. Dat word je geleidelijk. En je kunt je persoon-zijn geleidelijk (dementie) of plotseling (ongeval) verliezen. Mensen in coma of diep demente mensen zijn dan geen persoon meer. Dat betekent nogal wat voor de besluiten die we over hen zouden willen nemen.

Een andere benadering is de aristotelische. In deze denkwijze bestaan wij uit een lichaam en uit een redelijke geest. Die redelijke geest is een ingeweven mogelijkheid tot redelijk denken. Die mogelijkheid hoeft niet verwerkelijkt te worden. Zo is een piano mogelijk bespeelbaar, maar als hij niet bespeeld wordt rest nog altijd die mogelijkheid, dus ook onbespeeld is het een piano.

Volgens deze denkwijze is de baby een persoon, want hij/zij kan op een dag redelijk gaan denken. Hij/zij herbergt die mogelijkheid. En, zo redeneren de Playfords, deze mogelijkheid blijft ook aanwezig in het beschadigde brein dat ooit dacht. Want als je dat brein kon herstellen, wordt de mogelijkheid weer werkelijkheid. Ja, as me tante een pikkie had, dan was het m’n oom.

Maar de Playfords zien hier geen probleem. Zij zeggen over het denken door een beschadigd brein: ‘It is simply being blocked.’ Gewoon geblokkeerd. Maar ‘achter’ die blokkade blijft de mogelijkheid van denken, en dus persoon-zijn, overeind. Dit is allemaal strikt volgens Aristoteles en het lijkt me niet erg helpen bij onze besluitvorming rond mensen met ernstige hersenschade. Sommigen vinden wel degelijk troost bij die geblokkeerde mogelijkheid. Maar die vertalen ze dan heel anders, door te zeggen: achter het beschadigde brein van mijn demente man, van mijn comateuze kind, is zijn werkelijke ziel nog altijd onaangetast.

Anderen menen dat een baby misschien al wel een mens is, maar nog geen persoon. Dat onze persoonlijkheid wordt gevormd door ons brein en dat een beschadigd brein kan betekenen dat de persoonlijkheid weer verdwijnt. Maar we deinzen dan weer terug voor de conclusie: en dus mag je ze behandelen alsof ze geen persoon meer zijn.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.
Log in als abonnee Geen abonnee? Bekijk de abonnementen