Home 4 vragen aan… Lisa Appignanesi

4 vragen aan… Lisa Appignanesi

Door Frank Meester op 23 augustus 2016

4 vragen aan… Lisa Appignanesi
Cover van 09-2016
09-2016 Filosofie magazine Lees het magazine

De Engelse schrijfster Lisa Appignanesi over liefde en moord. ‘Passie is prachtig, maar ik heb juist ook gezien waartoe die kan leiden.’
 

Wat kan ik weten?

‘In Een zaak van liefde beschrijf ik drie historische rechtszaken waarin mensen terechtstaan voor moord of een poging daartoe, gepleegd uit liefde. Twee door een vrouw en één door een man. De eerste twee spelen zich af in de negentiende eeuw – in het victoriaanse Engeland en in de Derde Republiek van Frankrijk –, de laatste zaak in het Amerika van het begin van de twintigste eeuw. Bij alle drie is er sprake van een breuk met het dominante denken van die tijd. De zaak in Frankrijk gaat om een vrouw die haar ex-vriend probeert te vermoorden. Ze is een zangeres van enige naam en faam, en ze krijgt een affaire met een adellijke man. Voor hem is het vanaf het begin duidelijk dat het om een scharreltje gaat. Hij zou nooit beneden zijn stand trouwen, maar zij denkt dat het om een serieuze relatie draait. Ze raakt zwanger, en hoewel hij haar aanraadt om abortus te laten plegen, besluit ze het kind te houden. Als het geboren is, laat ze zich wel door hem overhalen het meisje naar een vroedvrouw te brengen. Wanneer hun dochtertje overlijdt, geeft zij hem daarvan de schuld. Ze achtervolgt hem en schiet hem neer wanneer hij met zijn nieuwe vriendin zijn huis verlaat. Als de politie haar weet te ontwapenen, bekent ze direct schuld en zegt er alleen spijt van te hebben dat ze hem niet heeft weten te doden. 
Lisa Appignanesi
De zaak, die direct veel aandacht trekt, draait uiteindelijk om de vraag of ze een coquette is of niet: een vrouw – vaak actrice, danseres of zangeres – die relaties aangaat, soms meerdere tegelijk, om zich te laten onderhouden. Hij komt hinkend de rechtszaal binnen en

verdedigt zich door te beweren dat hij een homme galant is: hij hield zich keurig aan de codes van zijn tijd; zo gaf hij haar maandelijks een bedrag om van te leven. Zij ziet zichzelf daarentegen als een zelfstandige vrouw, die als zangeres zelf voor haar geld kan zorgen. Ze beweert dat ze niet uit was op zijn geld, maar op zijn liefde, en dat hij haar heeft bedrogen. De publieke opinie keert zich langzaamaan tegen hem en uiteindelijk wordt ze vrijgesproken.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Hier zie je dus een kleine verschuiving binnen de categorieën van mannelijkheid en vrouwelijkheid die men er in die tijd op na hield. Er begint waardering te ontstaan voor de zelfstandige vrouw. Wat kun je hier nu van leren? Je beseft dat we nu net zo goed een product van onze tijd zijn en dat we in de rechtszaal beslissingen nemen aan de hand van onze huidige opvattingen over bijvoorbeeld mannelijkheid en vrouwelijkheid.’

Wat moet ik doen?

‘Tot drie tellen en er nog eens rustig over nadenken voordat je een beslissing neemt. Je moet beseffen dat je niet het ultieme antwoord hebt. Denk niet zomaar dat je de rede aan je kant heb. Nog niet zo lang geleden dachten we dat de economie een plek voor de rede was; nu weten we beter. De rechtbank is misschien nog een van de laatste plaatsen waar we de rede proberen te laten zegevieren. Dat is op zich goed, maar om redelijk te kunnen zijn moet je juist erkennen dat je, om met Freud te spreken, geen heer en meester bent in eigen huis. In de tijd van deze zaak werden er net als tegenwoordig veel experts bij gehaald – psychologen en andere wetenschappers – om zekerheid over de schuldvraag te krijgen. Toch is de uitkomst van het proces vooral afhankelijk van de opvattingen van die tijd. Dat is nog steeds zo. Forensisch onderzoekers kunnen misschien steeds beter vaststellen wie het heeft gedaan, maar de schuldvraag is daarmee nog niet beantwoord. Dat moeten we niet vergeten.’

Lisa Appignanesi

Wat mag ik hopen?

‘Ach, er is zoveel om op te hopen. Om in de sfeer van de rechtspraak te blijven: ik hoop dat er meer aandacht komt voor therapeutische straffen. Iemand alleen maar opsluiten heeft weinig zin. Als het om liefde gaat, hoop ik dat we daar een wat ruimere blik op zullen krijgen. Nu gaat het te veel om de passionele liefde. Liefde en passie zijn bijna synoniemen. Ik heb niets tegen passie, maar er zijn meer vormen van liefde. Nu gaan relaties vaak mis als de passie verdwenen is. Dat is jammer. Er is ook een meer huiselijke vorm van liefde, die net zo goed de moeite waard is. Of denk aan de liefde die te maken heeft met kwetsbaarheid. Passie is prachtig, maar ik heb juist ook gezien waartoe die kan leiden.’
 

Wat is de mens?

‘Ik vind de mens aardig. Echt waar. Maar we overschatten onszelf wel. We denken dat we onszelf de baas zijn, en dat is soms best gevaarlijk. Wij zijn dus schepsels die hun eigen motieven net als die van anderen diep en diep moeten wantrouwen.’