Home Zelfbeheersing

Zelfbeheersing

23 september 2008

08-2008 Filosofie magazine Lees het magazine

In een wereld vol verleidingen is het belangrijk om jezelf te beheersen. Maar af en toe wil je er wel aan toegeven. Hoe vind je de juiste balans?

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Beschaving is een kwestie van je inhouden. Je driften beteugelen en je impulsen controleren. In Het civilisatieproces beschrijft de Duitse socioloog Norbert Elias hoe regels voor goed gedrag, die aanvankelijk alleen voor de elite golden, hun weg vonden naar de rest van de bevolking. Natuurlijke behoeften – hoesten, snuiten, spugen – mochten niet langer in het openbaar getoond worden. Beschaafder taalgebruik, eetgewoonten en tafelmanieren werden gemeengoed. Het gebruik van mes en vork – het lijkt triviaal – is een treffend voorbeeld van die wending. Het toelaten van zo’n gevaarlijk voorwerp als een mes aan tafel – men sprak ook wel van het ‘eten met zwaarden’– vereist een sterkte drift- en impulscontrole van de tafelgenoten.
Volgens Elias hebben we wat dat betreft de laatste eeuwen spectaculaire stappen gemaakt. Niet alleen is het belang van beschaafd gedrag ingeburgerd onder alle lagen van de bevolking, tegelijk wordt nu van ieder mens gevraagd om die vorming zelf ter hand te nemen. Vroeger – een paar honderd jaren geleden – werd ons gedrag gereguleerd door externe dwang: de kerk, de partij en de baas wisten precies wat goed gedrag was en dwongen dat met sterke hand af. Maar het autoritair gezag heeft flink terrein verloren en maatschappelijk verkeer is meer en meer afhankelijk geworden van de discipline van het individu. Dit is, in de woorden van Elias, de overgang van ‘Fremdzwang’ naar ‘Selbstzwang’: ‘De maatschappelijke standaard, waaraan het individu aanvankelijk door dwang van anderen wordt aangepast, wordt ten slotte in het individu zonder veel wrijvingen geproduceerd door middel van zelfdwang’, aldus Elias. In de opvoeding wordt ieder geleerd om zichzelf te controleren. Elias noemt dat ‘de afdruk van de samenleving in de persoonlijkheid’: iedereen heeft de regels voor goed gedrag geïnternaliseerd en zorgt zelf dat hij ze naleeft.

De samenleving is sinds Elias’ Het civilisatieproces (oorspronkelijk uit 1939) schreef alleen nog maar minder autoritair geworden – denk aan de ontwikkelingen in de jaren zestig. Het is zonneklaar dat een vrije samenleving veel meer zelfbeheersing van haar deelnemers vraagt. Maar zijn we wel in staat tot een dergelijke ‘zelfdwang’? Er zijn nogal wat stemmen die beweren dat we in een cultuur van ‘dikke-ikken’ leven: volgevreten, graaiende, zelfgenoegzame individuen die voortdurend uit zijn op eigenbelang en die geen enkele zelfbeheersing kennen – zoals de Utrechtse hoogleraar Harry Kunneman stelt. Ook wie zich niet in deze tijdsdiagnose herkent, zal toegeven dat het kennen en respecteren van eigen en andermans grenzen een essentieel element is van een soepele omgang met anderen.
De vraag is hoe we dat moeten doen. Hoe geven we vorm aan onze driften en verlangens? En hoe vind je een balans tussen te veel en te weinig vragen van jezelf? Is het een kwestie van een sterke wil of van de juiste instelling? In Filosofie Magazine adviezen van de oude Chinese denker Xunzi en van de Stoïcijnen, een pleidooi van de Franse hedonist Michel Onfray om je toch vooral door je plezier te laten leiden. En een debat tussen Joep Dohmen en Andreas Kinneging over de vraag of jezelf beheersen betekent dat je op sommige momenten juist wel aan een verleiding moet kunnen toegeven…