Home Wie durft eugenetica immoreel te noemen?

Wie durft eugenetica immoreel te noemen?

Door Herman Torfs op 04 januari 2000

01-2000 Filosofie magazine Lees het magazine

Eugenetica ja, eugenetica nee? Het zullen niet de ethici zijn, noch de lezers van Filosofie Magazine op wiens visie men zal wachten om deze vraag te beantwoorden.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Maatschappelijke fenomenen, en ontwikkeling van de wetenschap is daar één van, kennen hun eigen dynamiek. Dat is, in een tijd waar geld meer dan ooit de enige universele taal en dus de maat van alle dingen is, de economische wetmatigheid. Hoe zou de genetica en haar toepassingen, waar zulke kapitalen op spel staan, een uitzondering maken? Eugenetica gaat door, laat dat duidelijk wezen.
En de moraal? Die kent ook haar eigen dynamiek en dat is de gewenning. Wie stelt zich in België nog vragen bij het ethisch gehalte van de bewezen gigantische fiscale fraude in dit land? Wie, à la limite, stelt nog vragen bij de door en door immorele situatie van de arm-rijk verhoudingen op het locale vlak of op wereldschaal?
En als we dan toch de wat theoretische vraag stellen naar het morele gehalte van de ontwikkelingen in de geavanceerde genetica, dan maken die mijns inziens nog niet zo’n slechte beurt. Als lijden inderdaad geen zin (meer) heeft en daardoor met alle middelen dient bestreden, wie durft het dan aan immoreel te noemen: een onderneming die iets wil doen aan misschien de scherpste vorm van menselijk lijden?
En als mijnheer Rietdijk het hier en daar iets te vinnig formuleert… we kennen de man onderhand, hij wil gehoord worden. En terecht.