De dagen zijn kort, de somberheid slaat toe. Wanhoop niet, maar omarm je trieste lot, zo leerden de grote filosofen ons.
‘Het lot schudt de kaarten, en wij spelen’, schrijft Arthur Schopenhauer. Maar de stroom aan hedendaagse boeken en magazines over de maakbaarheid van geluk belooft ons juist dat we tegelijkertijd croupier en speler kunnen zijn aan de speeltafel van het leven. Wat nu, lot… ‘In 7 stappen kunt ook u gelukkig worden!’, ‘Zo krijgt u de baan die u wilt!’, ‘Het ideale seksleven!’ Geloofwaardig? Mja… de belofte voelt weliswaar even fijn, maar een beetje realist weet dat het onhaalbaar is.
Draai het daarom eens om: ga uit van de zinloosheid van het leven, en niet te vergeten van de onvermijdelijke ondergang. Gun uzelf geen enkele hoop, en voel de opluchting. We brengen de meest zwartgallige denkers en gedachten uit de geschiedenis van de filosofie bij elkaar, inclusief zeven handige tips voor een leven zonder illusies. Een alternatieve zelfhulpgids voor realisten. Of, zoals Friedrich Nietzsche zegt: hou van het lot – amor fati.
Wrede tijd
Een niet-geringe oorzaak voor het ongeluk van de mens – het historische dier, aldus Friedrich Nietzsche – is dat zijn bestaan zich uitstrekt naar verleden en toekomst. Anders dan voor dieren geldt, die alles wat hun overkomt voor het eerst beleven, is het eeuwige nu ons vreemd.
Het moment waarop wij het verleden kunnen overzien en door het wrede pact met onze ademhaling de toekomst in worden gezogen, staat bekend als het heden, ‘waarvan de ongeremde vlucht in het verleden’, schrijft Schopenhauer, ‘een voortdurende overgang is in de dood, een voortdurend sterven’.
In alles wat wij doen zijn wij geketend aan het medium van de tijd, waardoor de nietigheid van alle dingen zich openbaart en niets zijn waarde behouden kan. Terwijl de tijd als een zwart gat alle duurzaamheid verzwelgt, vergroot ons tijdsbewustzijn ons lijden, vanwege de heimwee naar het verleden en de angst voor de toekomst.
Tip 1: Adem eens flink in en uit, want het wordt nog erger
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Overgeleverd aan de natuur
Het leven is gruwelijk uit de hand gelopen. ‘We hadden het larvestadium niet moeten verlaten, niet moeten evolueren, onvoltooid blijven’, stelt de Frans-Roemeense filosoof Emil Cioran. ‘Behagen moeten scheppen in de siësta der elementen en vredig moeten vergaan in een embryonale extase.’
Maar we kunnen niet op onze schreden terugkeren. We zijn overgeleverd aan de natuur, ‘de wrede doodsvijandin van alle individuen van welke soort of species ook’, schrijft de Italiaanse filosoof, dichter en schrijver Giacomo Leopardi, ‘die zij weliswaar voortbrengt, maar op hetzelfde ogenblik dat zij hen heeft voortgebracht meedogenloos begint te vervolgen’.
Het is een netelige zaak om deel uit te maken van dit perpetuum mobile van zelfdestructie. De Duitse filosoof Arthur Schopenhauer noemde de wereld ‘een strijdtoneel van gekwelde en angstige wezens […], waar elk roofdier het levende graf is van duizend andere dieren en zijn zelfbehoud een keten van marteldoden vormt’. De dingen zijn misschien wel mooi om te zien, gaf hij toe, maar om ze te zijn is iets heel anders.
Tip 2: Maak een fijne wandeling in de natuur, en bewonder de hoogste boom
Kennis maakt ongelukkig
Veel ongeluk, zo niet al ons ongeluk, komt volgens Leopardi voort uit de opvatting dat meer kennis en meer redelijkheid meer geluk tot gevolg zullen hebben. De opdracht van God aan de mens om niet van de boom der kennis van goed en kwaad te eten (Genesis 2:17) wordt door hem uitgelegd als ‘een duidelijk verbod om kennis te bezitten […], als een barrière voor de toename van de rede’.
Een vervolmaking van de rede kan de mens nooit tot geluk voeren, aangezien zijn ongehoorzaamheid aan de rede tot het ongeluk – tot de verbanning uit de oerstaat – heeft geleid: ‘Uit deze toestand van bederf kan de mens, zoals de ervaring leert, niet meer terug, of er moet een wonder gebeuren.’
Het menselijk bestaan is daarom met zichzelf in tegenspraak; het kan zijn geluk slechts vinden in de gedachte aan een ander bestaan, maar voor een begrip hiervan heeft de mens de rede nodig, die juist de oorzaak van zijn bederf was. De mens heeft zijn onheil volgens Leopardi dan ook geheel en al over zichzelf afgeroepen.
Tip 3: Vermeerder kennis; omarm de smart
Dood
Aan de horizon van het heden, dat zich even irreëel als onverbiddelijk voortzet, staat de dood, het laatste, definitieve en werkelijke sterven, de uiteindelijke overgang terug in een staat van niet-zijn. Sigmund Freud noemde de dood ‘het doel van al het leven’. Cioran merkte daarbij op dat het een zinloze bewering is, ‘maar wat kun je anders zeggen?’ Hij vond het in elk geval niet normaal om in leven te zijn – de dood was niets dan ‘de afbreking van een anomalie’.
Wij vrezen het voorbijgaan van de tijd niet omdat wij doodgaan of, als we even goed kijken, overal om ons heen de dood zien. Het omgekeerde is het geval, stelt de Britse filosoof John Gray in Strohonden: ‘Wij vrezen de dood omdat wij weerstand bieden aan het voorbijgaan van de tijd.’ Dat dieren op een andere manier dan wij de dood vrezen, is niet ‘omdat wij iets weten wat zij niet weten. Het is omdat zij niet met tijd belast zijn.’
Tip 4: Bezoek een (dieren)begraafplaats
Onbevredigd verlangen
Tot het zover is, kun je natuurlijk wel iets doen. In Het onbehagen in de cultuur stelt Freud de vraag wat mensen van het leven verwachten en hopen te bereiken. Volgens hem is het antwoord dat ze naar geluk streven: ‘Ze willen gelukkig zijn, en blijven.’ Die toevoeging ‘en blijven’ doet al vermoeden dat de wereld daar niet geschikt voor is. Het streven naar geluk is naar zijn idee het terugdringen van ongeluk, met als implicatie dat geluk irreëel is, omdat wij – met dank aan ons zelfbewustzijn – lijden en pijn onophoudelijk ervaren. Driftbevrediging is het verlichten van de pijn die al ons streven is.
Een eeuw voor Freud ontwikkelde Schopenhauer dezelfde gedachte dat ‘geluk’ een terugkeer is naar een toestand van rust, van prikkelloosheid: ‘Al het streven komt voort uit een gemis, uit ontevredenheid met de situatie; zolang het geen bevrediging vindt, is het dus een vorm van lijden.’ Wij voelen immers wel de pijn, maar niet de pijnloosheid: ‘Dat bepaalde dagen van ons leven gelukkig waren, merken we pas nadat ze hebben plaatsgemaakt voor ongelukkige dagen.’
Wat ook niet helpt is de afstomping die bij de toename van het aantal genietingen optreedt: ‘Dat waaraan we gewend zijn wordt niet meer als genot ervaren.’ Ook Leopardi wees hierop toen hij ontkende dat een bepaald genot zeer groot zou zijn geweest als het langer had geduurd: ‘Maar juist als het langer had geduurd, zou het geen genot meer zijn geweest.’
Tip 5: Stop een steentje in je schoen en loop er een uur mee rond
Verveling
Wie op een onbewaakt ogenblik niet in beslag wordt genomen door plannen, herinneringen of activiteiten, zal waarschijnlijk slachtoffer worden van een unieke menselijke ervaring, die ons ook door de samenzwering van zelfbewustzijn en tijd bereid wordt: verveling.
Dat verveling bestaat, is volgens Schopenhauer al voldoende bewijs tegen de stelling dat het leven in zichzelf een positieve waarde heeft. Anders zou het bestaan alleen ons al voldoening moeten geven.
Maar dat doet het niet. Cioran noemde het leven (begrepen als handelen) de oplossing voor de verveling, omdat de laatste ons de nietigheid van het bestaan openbaart. De hele menselijke geschiedenis is niets dan de opstand tegen dat inzicht.
Schopenhauers beroemde definitie van het menselijk bestaan luidt dan ook dat het ‘een pendelbeweging is […] tussen pijn en verveling’. Bij het opwinden van de klok maakt het niet uit naar welke kant hij een zet krijgt: op een dag worden wij slachtoffer van onze verlangens en op een dag horen wij het loze hameren van de tijd: ‘Drie uur ’s ochtends’, schrijft Cioran. ‘Ik neem deze seconde waar, en dan de volgende, ik maak de balans op van elke minuut. Waarom dit alles? – Omdat ik geboren ben.’
Tip 6: Richt je aandacht op het verstrijken van de tijd
Zelfmoord
Er lijkt een oplossing voor de hand te liggen om aan de bovenstaande en nog onnoembaar veel andere kwellingen te ontkomen: zelfmoord plegen. Dat heeft alleen niet zoveel zin, zolang je ervan uitgaat dat geluk het doel van het leven is. Maar misschien is het verlangen daarnaar zo onuitroeibaar en wordt het zo weinig ingelost dat die daad desondanks het overwegen waard is.
Schopenhauer stelde de vraag wat er verloren zou gaan als men zich het leven zou benemen. Hij antwoordde: alleen de mens als verschijning verdwijnt – het wezen van de wereld verandert niet. De blinde Wereldwil, die alles in het universum belichaamt, zal nooit ten onder gaan. Daarnaast wil de zelfmoordenaar het leven nog steeds, aldus Schopenhauer; hij is enkel teleurgesteld over de omstandigheden waaronder hij het heeft aangetroffen.
Ook Cioran wees deze ogenschijnlijk afdoende uittreding af: het zou getuigen van een geloof in het nut en de waarde van onze daden. Alleen optimisten plegen volgens hem zelfmoord. Als het leven geen zin heeft, dan heeft de dood dat evenmin. Elders drukte hij het zo uit: ‘Het loont de moeite niet zichzelf te doden, want men doodt zichzelf altijd te laat.’
Tip 7: Koop een touw. Precies, want ‘voor je het weet komt er oorlog en zit je zonder’ (Gerard Reve)