Home School of Death

School of Death

Door Nele Goutier op 18 mei 2016

Cover van 06-2016
06-2016 Filosofie magazine Lees het magazine

Als het om de dood gaat, hebben we het vaak alleen over onderwerpen als euthanasie en andere medische aspecten. Maar wat is de betekenis van doodgaan eigenlijk? Hoe kunnen we vorm en betekenis geven aan dat wat zo verpletterend is? 

 

Babs van den Bergh

‘We leven steeds langer, maar sterven ook steeds langer. Daartoe moet je je verhouden; als patiënt en als omstander. Toen René ziek werd, hebben we veel over ziekte en dood gepraat. Hij verplaatste zich in mijn perspectief en zei dat het voor de achterblijvers het ergste was. Ik weet het niet, want tot de dag van vandaag kan ik niet zeggen hoe het is om in zijn positie te staan. De momenten dat ik me dat realiseerde, waren het meest pijnlijk. Als één van de twee aan het sterven is, kom je in zekere zin tegenover elkaar te staan. Je verkeert in een heel andere staat van zijn. Hij was stervende, ik moest door. Die kloof heb ik een paar keer heel expliciet beleefd. Dat is pittig. 
Ik omschrijf het afgelopen jaar wel eens als een soort tweede puberteit. Als je partner sterft, verlies je niet alleen de meest dierbare persoon in je leven; je moet ook jezelf opnieuw uitvinden. Ik ben op zoek naar een tweede ‘carrière’ in het volwassen zijn, met alle onhandigheden en ongemakken van dien. 
 
Ik heb lang geworsteld met een dilemma, waar ik nog steeds niet helemaal uit ben. Omarm je het lot – amor fati, zoals Nietzsche dat voorschrijft – of doe je er alles aan om juist niet met je lot samen te vallen. ‘Do not go gentle into that good night’, schrijft de dichter Dylan Thomas: verzet je. Ergens tussen die twee in ligt berusting. Amor fati is meer dan dat. Het wil zeggen dat je je lot waardeert en er iets bijzonders van maakt. René en ik hebben gezwabberd, maar uiteindelijk denk ik dat we toch eerder aan de amor fati-kant terecht zijn gekomen.’

 

Joep Dohmen

‘Leven en dood zijn nauw ver-
weven. Dat we eindig zijn, geeft volgens de existentialisten zin aan ons leven. De dood als grens roept ons op zinvol te leven. Elk mens is ertoe veroordeeld om de zin van zijn of haar eigen leven zelf te zoeken. Maar wat nu als we aan het einde van de rit moeten stellen: “Het was niet veel”? Dit is de doodsangst die ons teistert.
 
Daarom zijn we toe aan een nieuwe manier van sterven, die begint tijdens het leven. Zonder levenskunst is er geen goed sterven. Wat we nodig hebben, is een nieuw soort vertrouwen: niet het vertrouwen dat je aan het eind van de reis je bestemming bereikt, maar het vertrouwen dat je je leven zo zinvol leidt, dat het niet uitmaakt wanneer Magere Hein voorbij komt. Je op je eigen, unieke manier verhouden tot jezelf en anderen, tot je eigen kwetsbaarheid en de eindigheid van alles. Het nieuwe sterven gaat over een houding waarin we gehecht zijn aan het leven, maar waarin we tegelijkertijd bereid en in staat zijn om te onthechten. Daar kun je je leven lang op oefenen. De dood is niet het deksel op de put – de sluitsteen – maar krijgt gezicht tijdens het leven.’

 

Anton van Hooff

‘In de Oudheid traden mensen de dood met gelatenheid tegemoet, als iets dat nu eenmaal bij het leven hoort. Deze levenshouding vind je terug in de filosofische opvattingen van de Stoïcijnen en de Epicureeërs. In de woorden van Stoïcijn en keizer Marcus Aurelius vonden mensen het vooral belangrijk om stijlvol te sterven, zonder er al teveel ophef van te maken. Dit in tegenstelling tot hoe de christenen dat deden en – met alle respect – hoe René Gude dat deed. Voor de christenen was het leven een ballingschap en stond zij in het teken van een wachten op de dood. Als wijze, zegt Marcus Aurelius, moet je de dood accepteren en er niet zo’n ophef van maken. Van Epicurus, wiens werk de tweede grote filosofische stroming in het antieke denken uitmaakt, komt de beroemde uitspraak ‘zolang wij er zijn, is de dood er niet, en wanneer de dood er is, zijn wij niet’.

Je ziet dus opnieuw het idee dat een goed leven, een wijs leven, niet samen kan gaan met angst voor de dood. Dat betekent overigens niet dat je niet bang kunt zijn voor het doodgaan, wat vervelend kan zijn. Maar angst voor de dood zelf, dat is wel het domste. Interessant is, dat uit tienduizenden grafinscripties blijkt dat het niet slechts de filosofen waren die op deze manier tegen de dood aankeken. Een breed gedragen levensgevoel dat uitging van leven en dood als gegevenheden van de natuur, bracht mensen ertoe de tragiek van het mensenbestaan te aanvaarden. Ik vind daarin inspiratie voor een omgang met de dood in ons huidige post-christelijk tijdperk.’   

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.