Het denken van Heidegger, Derrida en Girard blijkt van groot belang om het ontstaan van psychosen te begrijpen, laat Berry Vorstenbosch overtuigend zien. Achter de euforie van de oplichtende waarheid gaan oerangsten verborgen.
Zelden heb ik de krachtige smaak van filosofische inspiratie zo intens geproefd als in De overtocht van Berry Vorstenbosch. De drie filosofen die hij uitvoerig bespreekt – Martin Heidegger, Jacques Derrida en René Girard –worden door hem ingezet om de psychosen uit zijn eigen levensgeschiedenis te begrijpen.
Dit begrijpen verschilt sterk van een wetenschappelijk verklaren. In de wetenschap wordt bijvoorbeeld langs biologische of psychologische weg naar oorzaken voor een bepaald fenomeen gezocht. Heb je die eenmaal gevonden, dan kun je hier adequaat op reageren. In plaats van oorzaak hanteert Vorstenbosch het begrip ‘trigger’. Een trigger kan groot of klein zijn, maar zet altijd een proces in gang dat zichzelf voortzet en versterkt. Het is als de vonk van een sigaret die leidt tot een bosbrand. Wil je een trigger begrijpen en voorkomen, dan is het niet voldoende om je alleen op die eerste vonk te richten.