Home Liefde Liefde is geen goede match
Liefde

Liefde is geen goede match

Door Leon Heuts op 30 maart 2016

Liefde is geen goede match
Cover van 04-2016
04-2016 Filosofie magazine Lees het magazine

Datingsites beloven een goede match, gebaseerd op gedeelde eigenschappen. Maar – vraagt Leon Heuts zich af – maakt dat idee de geliefde niet inwisselbaar, voor iedereen die dezelfde eigenschappen heeft? Waarom liefde elke grens overschrijdt.

‘Ik wilde jou en dat ik missen zou wist ik al voor het begonnen was. Jou willen is je missen. Het was missen op het eerste gezicht.’ De openingsregels van het gedicht ‘De intiemste zichtlijn’ van Willem Jan Otten behoren tot de mooiste die in het Nederlands over de liefde zijn geschreven. Ik stuurde de regels lang geleden naar iemand op wie ik verliefd was, waarschijnlijk in een poging geletterd over te komen. Die poging werd – al dan niet terecht – gezien als pedanterie, en ik sprak haar nooit weer. Waarmee de regels op een tamelijk letterlijke manier werden bevestigd.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Laat ik nu dan een poging ondernemen om de regels meer overdrachtelijk te duiden. Misschien laat het gedicht iets over de liefde zien wat niet altijd makkelijk te verdragen is, en zeker tegenwoordig niet. We zien liefde als het mooiste wat ons maar kan overkomen, omdat ze per definitie de wens van vervulling met zich meedraagt. De ander – zo stellen we ons dat voor, en zeker als we verliefd zijn – vult een leemte in ons. Dat verlangen kan zich nu geheel richten op een concreet doel: een leven samen met die ene ander.

Het is een romantische opvatting over liefde – ‘En ze leefden nog lang en gelukkig’ –, die inmiddels eindeloos commercieel is geëxploiteerd, van Disney tot damesbladen. De unique selling point van al die films, boeken, datingsites en cosmetica is steeds dezelfde: de Eeuwige en Perfecte Ware bestaat – en tegen een kleine prijs helpen wij je om hem daadwerkelijk in je armen te kunnen houden, of op z’n minst daarvan te kunnen dromen. Zoals onder meer de Belgische psychiater Dirk De Wachter schrijft in zijn boek Liefde, is er een problematische versmelting ontstaan van dit romantische ideaal en een moderne maakbaarheidscultus waar bedrijven wel raad mee weten. Het gevolg daarvan is dat de liefde niet alleen als perfect wordt voorgesteld, maar ook nog eens als haalbaar.

We kunnen nog zo volhouden daar niet gevoelig voor te zijn. We zeggen te accepteren dat de Ware ook van voetbal blijkt te houden, of niet zo cultureel onderlegd is als we hoopten. We aanvaarden saaie paasdagen in de Ikea, of het dagelijkse management van een druk gezin en twee (deeltijd)banen. Maar er rinkelt altijd een belletje dat het beter kan, zeker na de nodige jaren – kijk naar het aantal scheidingen. Volgens De Wachter komt dat doordat onze verwachtingen vaak te hooggestemd zijn, ook al hebben we dat niet altijd door.

Het advies van De Wachter is om de verwachtingen bij te stellen. We moeten ons realiseren dat liefde zich ook afspeelt in gewoonheid en verveling, en dat de eis van perfectie de liefde doodslaat. Hij zegt het overigens veel subtieler, en benadrukt bovenal dat de geslaagde liefde vele gezichten heeft. Maar toch blijft de vraag of zijn advies wel op te volgen valt, ook al deugt het.

Oude jas

Want wie wil of kan nu oprecht de verwachtingen en verlangens in de liefde bijstellen? Misschien is het mogelijk om zonder al te hoge verwachtingen een functionerende relatie te hebben (‘Het werkt, het geeft een kader, en het is ook beter voor de kinderen’), maar dat is toch nog iets anders dan echt van iemand houden. Is dat niet wat mensen vaak zeggen, nadat ze een relatie hebben beëindigd: Ik hield allang niet meer van hem, maar de relatie voelde comfortabel als een oude jas?

Maar juist als een relatie zijn dagelijkse gang gaat, kan er opeens iets door de routine heen breken. Het kunnen kleine momenten zijn, bijna ongemerkt, ogenschijnlijk niks bijzonders, zoals een glimlach of een ontbijtje met een speciale glans. Maar toch breken dergelijke momenten radicaal met de alledaagsheid. Die momenten zijn niet te faken of ensceneren – althans niet zonder onszelf uit te hollen –, zoals we misschien nog wel een bepaalde routine lang kunnen blijven uitvoeren. Ze hebben geen belang, doel of nut, zoals alledaagse handelingen dat meestal wel hebben. We kunnen best eens naar onze geliefde glimlachen om iets voor elkaar te krijgen; het kan zelfs een zalige plagerij zijn. Maar als dat ons enige motief is, misbruiken we het meest bijzondere van de liefde, namelijk dat liefde er op en voor zichzelf is, zonder dat we iets gedaan willen hebben. Dergelijke momenten zijn daarom ook boven de tijd verheven. Natuurlijk, een glimlach duurt maar even, maar ze bevestigt iets wat geen begin of een einde heeft, dat bestaat omdat het eenvoudigweg zo is. En toch, ook al is de liefde belangeloos, staat bij dergelijke momenten toch alles op het spel. Zonder die momenten is het bijna onmogelijk iemand lief te hebben. Bovendien zijn op dergelijke momenten, hoe subtiel ook, geliefden geheel op elkaar gericht. Je bent niet om het even met wie, maar met hém. Je aait niet om het even welke arm, maar háár arm. Dat is het verschil tussen liefde en een functionerende relatie; het gaat om zulke momenten zelfs niet eens om de relatie, die je in principe met iedereen kunt hebben, maar dat je die met hem hebt.

Radicaler kan het niet zijn. Want waarom met hem? En waarom hij eigenlijk met jou? Dat maakt de liefde tot een grensoverschrijdend fenomeen. Ze is niet te vangen. Ze ontsnapt aan een uiteindelijke bepaling. We denken misschien de liefde te kunnen definiëren in een lijstje van eigenschappen. Datingsites spelen bijvoorbeeld in op die onzekerheid door te matchen op eigenschappen. Of, zoals een jonge vrouw zegt in een reclame voor eDarling: ‘Ik zoek een man met stijl en humor.’ Dat is begrijpelijk; om het met iemand te kunnen uithouden, is het handig dat je een beetje dezelfde interesses hebt. Toch is liefde meer dan een lijstje van ‘matching’ eigenschappen, want als dat zo zou zijn, dan is de persoon van wie je houdt inwisselbaar. Bijvoorbeeld voor een nieuwe lover met exact dezelfde eigenschappen – of misschien zelfs wel betere. Dan kunnen we elkaar ook scrupuleloos omruilen voor een nieuwer model. Maar op een dergelijke instrumentele manier kunnen maar weinigen met de liefde omgaan.

Dat geeft aan de liefde een fundamentele onzekerheid, die precies ook wordt uitgedrukt in ‘jou willen is jou missen’. Juist omdat ik jou wil, kan ik niet precies uitdrukken waarom ik nou per se jóú wil. Elke poging tot invulling (‘lief’, ‘mooi’, ‘slim’) is weliswaar heel fijn, maar levert de ander ook altijd een beetje over aan de toevalligheid. Want er zijn – hoe onvoorstelbaar dat ook kan schijnen als je van iemand houdt – anderen die lieve oogjes hebben en waar je net zo lekker tegen aan kunt hangen. En dat geldt natuurlijk ook voor je geliefde. Is er een manier om met die onzekerheid om te gaan? Ik denk het wel – als we durven te accepteren dat de onzekerheid weliswaar de schaduwzijde is van onze hoge liefdesverwachtingen, maar tegelijkertijd ook precies de liefde tot leven wekt. Mits ze niet chronisch of defensief is, maar dynamisch en speels.

Eros

Laat ik eerst die hoge verwachtingen nog wat opdrijven. De klassieke tekst over liefde is het Symposion van Plato. In dit traktaat geven wijsgeren en dichters tijdens een drinkgelag een verhandeling over de liefde. Eros is het Oudgriekse begrip, dat een veel bredere betekenis heeft dan ons tegenwoordige begrip ‘erotiek’, maar een algemene begeerte of verlangen uitdrukt. Plato beschrijft in de tekst hoe de liefde een persoon kan doen opstijgen van louter begeerte naar een mooi lichaam, naar mooie gedachten en uiteindelijk naar een diep en universeel inzicht in schoonheid en liefde op zichzelf. Over verwachtingen gesproken… De liefde begint vaak met fysieke begeerte, maar kan groeien tot iets diepers, dat de tijd overstijgt. De liefde leert je kennismaken met algemene en eeuwenoude existentiële kwesties als trouw en verraad, verbondenheid en eindigheid, leven en dood. Søren Kierkegaard zou dat eeuwen later in de tekst Wat de liefde doet samenvatten in de krachtige uitspraak ‘Wat verbindt namelijk het tijdelijke met de eeuwigheid, wat anders dan liefde?’. Het maakt het er niet eenvoudiger op. Hoe weet je of je met die ene specifieke persoon dergelijke eeuwige kwesties kunt meemaken? Waarom hij?

Het antwoord is natuurlijk dat je dit nooit zeker weet. Maar er zijn wel manieren om ermee om te gaan. In de liefdesverhandeling van Plato is de richting bijvoorbeeld van essentieel belang. Bij Plato – en Kierkegaard – worden we niet zomaar door de liefde van onze voeten gezwiept, overstelpt door een of ander diep inzicht. De zoektocht begint bij onszelf – wij klimmen zelf op naar diepere inzichten. Anders gezegd: we kunnen weliswaar stapelverliefd worden op iemand, maar echte liefde op langere termijn is pas mogelijk als wij zelf sterk genoeg zijn om de onzekerheid van de liefde ook daadwerkelijk te kunnen dragen. Volgens Kierkegaard vereist de liefde dan ook dat we ‘onszelf worden’. Dat is wat anders dan elke onzekerheid uitsluiten, bijvoorbeeld door checklists bij te houden of onze verwachtingen te temperen opdat we niet teleurgesteld raken. Maar het is óók wat anders dan ons helemaal overgeven aan de ander, omdat we bijvoorbeeld chronisch onzeker zijn. Dat is gedoemd te mislukken; je besteedt jezelf uit en zadelt de ander op met iets wat hij niet waar kan maken. Liefde is een beweging van binnen naar buiten, schreef Kierkegaard-kenner Geert Jan Blanken enkele jaren geleden in Filosofie Magazine. We nemen hoe dan ook onszelf mee op het onzekere pad naar buiten. Dat vraagt om trots, vertrouwen en zelfwaarde, waarmee je juist kunt omgaan met die onzekerheid. Bovendien kan een geliefde helpen om vertrouwen en zelfwaarde te vormen – wat meteen ook een goede check is of iemand echt van je houdt. Garanties zijn er in de liefde niet, maar juist deze waarden helpen je ook opkrabbelen als de liefde niet langer werkt. Of ze laten je inzien dat het voorbij is: soms is loslaten juist een teken van liefde. En wat is niet langer werken? Ook ex-geliefdes kun je dankbaar blijven voor wat ze je hebben geschonken.

Liefdesverhalen

En er is nog een andere manier om te leren omgaan met de onzekerheid van de liefde, en die zelfs naar je hand zetten. Zoals de Italiaanse filosoof Giorgio Agamben opmerkt: liefde begint met een verhaal – zie het Symposion, of de vele liefdesverhalen door alle eeuwen heen. We maken betekenisvolle verhalen van de werkelijkheid om ons heen, en dat geldt zeker voor de liefde. Geen liefde begint zonder verhaal; we schrijven een bijzondere betekenis toe aan een ontmoeting, aan gebeurtenissen of momenten. En door er betekenis aan toe te kennen, geven we aan de onzekerheid een plaats. Of, meer uitdagend: een goed verhaal speelt met de onzekerheid, of vormt haar om tot een zoet verlangen – door uit te stellen, soms een glimp te laten zien, dan zich weer terug te trekken. Liefde is een grensoverschrijdend fenomeen, en nooit helemaal te vangen. Maar spelen met zowel het verlangen als de onmogelijkheid is juist wat het spannend maakt. Eros is volgens Plato niet voor niets een dynamische halfgod. Een optimist tegen beter weten in, die steeds de liefde laat glippen als hij haar in handen heeft, maar toch brandend van verlangen verder zoekt. Willen is missen. Maar missen is ook steeds weer willen.

De grote liefdesdichter Dante Alighieri schrijft ergens dat poëzie alleen maar een poging is om de oorspronkelijke ervaring van liefde opnieuw te scheppen – zoals volgens Dante alles wat we doen een poging is om een oorspronkelijke onschuld terug te vinden, een Paradise Lost. Dante kan het weten, want al zijn poëzie draait om een jonge vrouw – Beatrice – die hij slechts eenmaal heeft gezien. Toch is dat voldoende om een groots oeuvre na te laten. Een oeuvre dat per definitie is mislukt, want de oorspronkelijke ontmoeting keerde nooit meer terug. Maar Dante weet dat; dat is nu precies zijn offer aan de liefde en de poëzie. De mislukking is juist de motivatie om te scheppen, wat misschien niets anders is dan de dynamiek van liefde zelf. Nu zijn we niet allemaal Dante, niet eens Willem Jan Otten, en hebben we niet per se behoefte aan een Grote Muze. Maar het gaat om het idee. We kunnen door verhalen te maken spelen met de bij voorbaat mislukte poging om de ander te bereiken terwijl je toch blijft branden van verlangen. We kunnen ook spelen met de poging van de ander om ons te bereiken. Een verhaal is geen checklist. Het doel van het verhaal is niet om het af te werken, net zomin als het doel van een boek is om het uit te lezen, of van de dans om het einde van de muziek te halen. Een verhaal is boeiend omdat het nu eens iets geeft, dan weer uitstelt. Het verhaal heeft geen doel, maar wel een effect.

Liefde is de kunst van verhalen vertellen. En verhalen kun je breed nemen. Beelden, grappen, dansen… Gebruik post-its, briefjes, schriften, viltjes, whatsappjes en mailtjes. Vergeet ook niet de grote verhalen over liefde uit het verleden voor te lezen.

Kun je ook verhalen vertellen terwijl je samen op de bank hangt? Ik denk het wel.