Home Taal ‘Ik zeg altijd maar zo…’
Taal

‘Ik zeg altijd maar zo…’

Door Elke Wiss op 10 juni 2025

Elke Wiss vragenderwijs
beeld Merlijn Doomernik
Filosofie Magazine 6 2025 wat maakt kunst tot kunst
06-2025 Filosofie Magazine Lees het magazine
Praktisch filosoof Elke Wiss stelt elke maand vragen bij stellige uitspraken die ze tegenkomt.

Dit artikel krijg je van ons cadeau

Wil je onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? Je bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en je hebt direct toegang.

‘Ik zeg altijd maar zo…’ hoorde ik iemand zeggen in de rij bij de bakker, gevolgd door een opmerking over het weer. Terwijl ik wachtte, begon die alledaagse openingszin aan me te knagen.

Door te beginnen met ‘Ik zeg altijd maar zo’ claimt de spreker een consistentie die misschien helemaal niet bestaat. Er is niemand die bijhoudt of je dat altijd zegt. De bakker houdt geen logboek bij van de weerspreuken die je elke dinsdag debiteert.

Waarom vinden we consistentie eigenlijk belangrijk? Misschien zegt deze uitdrukking meer over onze behoefte aan consistentie dan over het daadwerkelijke bestaan ervan. We willen graag overkomen als mensen met gefundeerde, standvastige meningen, niet als twijfelaars. Niemand begint een zin met: ‘Ik zeg heel soms, af en toe, maar zo…’

Is het misschien ook een kleine bezwering tegen kritiek? ‘Ik zeg altijd maar zo’ plaatst een mening buiten de huidige conversatie, alsof die opvatting al lang geleden is vastgelegd en beproefd en dus niet meer bevraagd hoeft te worden. Of gebruiken we deze uitdrukking om een cliché in te leiden, en zo ja, wat voegt die dan toe? Verandert een gemeenplaats in een persoonlijk inzicht, simpelweg door er ‘ik’ voor te zetten?

Even tussendoor… Meer columns lezen van Elke Wiss? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Ik vroeg me af: op welke momenten zeg ik dit zelf? Wanneer voel ik de behoefte om me op mijn eigen geschiedenis van uitspraken te beroepen?

Misschien is het juist een teken van wijsheid als we onze meningen durven bij te stellen, in plaats van ons vast te klampen aan wat we ‘altijd maar zo zeggen’. Kan een gedachte niet ook waardevol zijn omdat ze nieuw is, in plaats van omdat ze altijd al bestond?