Dit artikel is exclusief voor abonnees
Een onbekende man loopt nietsvermoedend langs een afgelegen bospad. Plots wordt hij door twee figuren meegesleurd een wagen in. De man is Adolf Eichmann, zo blijkt later, een nationaalsocialist die tijdens de Tweede Wereldoorlog verantwoordelijk was voor het transport van miljoenen Joden naar concentratie- en vernietigingskampen. Hij wordt ontvoerd uit Argentinië en naar Jeruzalem gesmokkeld. Daar staat hij terecht voor misdaden tegen de menselijkheid.
Het proces tegen oorlogsmisdadiger Eichmann staat centraal in de film Hannah Arendt, geregisseerd door Margarethe von Trotta (bekend van onder meer Die bleierne Zeit, Das Versprechen en Rosenstraße). De film speelt zich af in de vroege jaren 60. Hannah Arendt (Barbara Sukowa), op dat moment bekend van haar boek The Origins of Totalitarianism, reist als verslaggever naar Jeruzalem. Daar wordt Eichmann in een ‘glazen kooi’ ondervraagd. Arendt is getuige. Opmerkelijk is dat de film de originele beelden van het proces uit 1961 toont. Want een acteur zou volgens Von Trotta nooit zo indrukwekkend zijn als de echte Eichmann.
De originele beelden bevestigen de wijze waarop Arendt oorlogsmisdadiger Eichmann karakteriseert. Arendt verwachtte een monster. In plaats daarvan ziet ze een oppervlakkige bureaucraat, wiens banaliteit haar verrast. Ze vraagt zich af hoe het kan dat een man die tijdens het middageten vol overgave luistert naar een concert van Mozart, even later achter zijn bureau gaat zitten en tekent voor het transport van duizenden Joden naar een concentratiekamp. In de rechtszaal verklaart Eichmann dat hij slechts bevelen opvolgde. Van dieperliggende haatmotieven lijkt geen sprake te zijn. Zo ontstaat bij Arendt de gedachte dat Eichmann niet zozeer gedreven werd door ideologie, maar simpelweg de taken uitvoerde die hij opgedragen kreeg. Eichmann handelde gedachteloos, en dát is de banaliteit van het kwaad.
Schandaal
De film besteedt veel aandacht aan het gedachtegoed van Arendt. Maar haar inzichten worden geenszins als taaie theorie aan de kijker gepresenteerd. Juist doordat Arendts filosofie tot hevige weerstand leidt, zijn haar opvattingen vaak onderdeel van stevige discussies. De film benadrukt hoe Arendts publicatie in de New Yorker leidde tot een internationaal schandaal en hoezeer zij hieronder geleden heeft. Arendt wordt verweten dat ze de gruwelijke misdaden uit de Tweede Wereldoorlog banaliseert. De dreigbrieven stapelen zich op en dierbare vrienden draaien haar de rug toe. ‘Proberen te begrijpen is niet hetzelfde als vergeven’, verdedigt Arendt zich – tevergeefs.
Arendt houdt vast aan haar overtuiging van de waarheid, maar blijft niet onaangedaan. Ze heeft mensen ongewild gekwetst. Goede vrienden keren zich van haar af. Veel steun vindt Arendt bij haar man Heinrich Blücher (Axel Milberg), vriendin Mary McCarthy (Janet McTeer) en trouwe assistente Lotte Köhler (Julia Jentsch).
De dialogen met haar dierbaren vertellen veel over het gedachtegoed van Arendt, maar brengen ook haar veelzijdige persoonlijkheid in beeld. Arendt wordt gepresenteerd als een hardwerkende intellectuele vrouw, maar ook haar gevoel voor humor en hang naar liefde komen sterk naar voren. Zo roept Arendt haar man terug wanneer hij zonder haar te kussen het huis wil verlaten: zonder een kus kan zij niet denken.
Niet geheel onverwachts brengen enkele flashbacks nog kort de affaire tussen de 18-jarige studente Hannah (Friederike Becht) en haar zeventien jaar oudere docent Martin Heidegger (Klaus Pohl) in beeld. Ze ontvangt hem in het geheim op haar zolderkamer. Hoewel het voor de hand ligt om deze veelbesproken filosofenaffaire een plaats te geven in de film, past het geenszins binnen het verhaal, dat zich toespitst op Arendts opvattingen over Eichmann en haar theorie van de banaliteit van het kwaad. Ook de antisemitische uitlatingen van Heidegger zijn er meer bijgesleept dan dat zij werkelijk iets toevoegen aan de film.
Denken
‘De grote uitdaging lag in het weergeven van een denkende vrouw’, zegt Von Trotta. Ze wilde de film dan ook niet maken zonder actrice Barbara Sukowa, omdat juist zij uitzonderlijk goed kan laten zien hoe iemand denkt. Sukowa speelde al eerder de eigenzinnige denkers Rosa Luxembourg en Hildegard von Bingen in ‘Von Trotta’-films. Ook in Hannah Arendt verbeeldt Sukowa op sublieme wijze de denkende vrouw en slaagt zij erin de onzichtbare activiteit van het denken zichtbaar te maken. Met haar ogen, nee – met haar gehele lichaam straalt zij het denken uit. Langzaam beweegt zij een sigaret naar haar mond, terwijl ze stil op de sofa ligt of door het bos wandelt – blik op oneindig.
Stiltes bieden de kijker ruimte om mee te denken. Over de oorlogsmisdaden van Eichmann, maar ook over misdaad in het algemeen. Het idee dat het kwaad niet zozeer het gevolg is van kwade intenties maar van gedachteloosheid, roept nog steeds zowel bewondering als weerstand op. Hannah Arendt is een absolute aanrader om meer inzicht te krijgen in het intrigerende leven van de filosofe en haar gedachtegoed over het kwaad.