Tijdens de voorbereidingen voor dit speciale oorlogsnummer werd de MH17 neergehaald boven de Oekraïne, en beheerste het oplopende conflict in Gaza alle voorpagina’s. Daarmee leek de aanleiding voor dit themanummer – de herdenking van het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog honderd jaar geleden – ineens een louter historische exercitie die door politieke realiteit was ingehaald. Heeft het zin om oude oorlogsverhalen op te dissen in een tijd waarin heel andere grote conflicten om onze aandacht vragen?
Tijdens de Eerste Wereldoorlog, schrijft Peter Sloterdijk in zijn Sferen-trilogie, doet een nieuwe oorlogstactiek zijn intrede. Onder andere door het gebruik van gifgas beperkt de oorlog zich niet langer tot het slagveld, maar kan iederéén geraakt worden door het oorlogsgeweld, ook de burgers. De krijgsdaad richt zich niet meer rechtstreeks tegen de vijand, maar tegen eenieder. Vanaf dat moment bestaat er geen plek meer buiten de oorlog.
De grenzen tussen soldaten, strijders, separatisten, opstandelingen en burgers zijn een eeuw later alleen maar diffuser geworden. De eenentwintigste-eeuwse oorlog is in een aantal opzichten onontkoombaar. Antisemitisme, wapenleveringen aan Rusland, economische belangen – als politiek oorlog is, voortgezet met andere middelen (zoals Foucault de beroemde formulering van Clausewitz ooit omdraaide), zijn wij ook nu tot over onze oren betrokken in grote conflicten.
Het denken over oorlog gaat dit hele najaar nog door. Onder andere op een Nexusconferentie op 20 september (met Paul Wolfowitz en Avishai Margalit), De Rode Hoed op 8 oktober, en Het Zoekend Hert in Antwerpen op 13 en 14 december (met Stefan Hertmans en Peter Sloterdijk).