Home ‘Een soort van koude revolutie’

‘Een soort van koude revolutie’

Door Marco Kamphuis op 19 maart 2013

04-2004 Filosofie magazine Lees het magazine
Nu de moraal steeds meer wordt uitgehold, beïnvloedt de reclame ons volgens Michel Houellebecq meer dan de moraal ooit heeft gedaan.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

‘De eerste, in zijn eentje zelfs vrijwel toereikende regel van een goede stijl is dat je iets te zeggen hebt.’ Deze zin van Schopenhauer wordt door Michel Houellebecq met instemming geciteerd in Koude revolutie, een bundeling essays, columns en interviews. Je kunt literair-kritische kanttekeningen plaatsen bij zijn romans (Elementaire deeltjes en Platform zijn de bekendste, De wereld als markt en strijd is de beste), maar dat Houellebecq iets te zeggen heeft is een feit.In zijn visie wordt niet alleen de economie, maar de hele westerse maatschappij door het marktbeginsel gedomineerd. Ons leven staat derhalve in het teken van de strijd om succes. Om onze verhouding tot onze medemensen te definiëren volstaan slechts twee termen: geld en seks. De kwestie van het geld spreekt voor zich. Wat de seks betreft, daarin zoeken we niet zozeer genot als wel eigenwaarde. Seksuele aantrekkingskracht verhoogt onze plaats in de maatschappelijke hiërarchie. Het erotisch domein is in feite een narcistische competitie: ‘volgens de klassieke opvatting heeft de man de penetratie nodig om de gewenste narcistische bevrediging te verkrijgen; hij voelt dan iets wat vergelijkbaar is met het geratel dat op oude flipperkasten het vrije spel aankondigt. De vrouw neemt meestal genoegen met de wetenschap dat men haar wil penetreren.’

Steeds killer

De mens is eenzaam, in de wereld die Houellebecq schetst. Dat hebben we grotendeels te danken aan de protestgeneratie van 1968, want de voormalige hippies hebben de moraal en de maatschappelijke structuren aangetast en het proces van individualisering in gang gezet, waarna de wereld steeds killer is geworden. (Het is om opvattingen als deze dat Houellebecq in Frankrijk als ‘nieuw reactionair’ wordt bestempeld.) Ook met de secularisering van de westerse samenleving hoeven we niet echt blij te zijn. Houellebecq acht het onwaarschijnlijk dat een beschaving lang kan voortbestaan zonder een of andere vorm van religie, die orde schept en individuen met elkaar verzoent, maar: ‘het probleem is dat geen enkele van de bestaande religies verenigbaar is met de algemene stand van de [wetenschappelijke] kennis.’


Sinds de uitholling van de moraal zijn we overgeleverd aan het economisch liberalisme. De reclame beïnvloedt ons diepgaander dan de moraal ooit heeft gedaan. Niemand vraagt ons aan welke producten we behoefte hebben; de producten worden simpelweg vervaardigd en ons aangesmeerd. ‘[De reclame] blijft vervoermiddelen vervolmaken voor mensen die geen plek hebben om naartoe te gaan, omdat ze geen plek hebben waar ze thuis zijn; ze blijft communicatiemiddelen ontwikkelen voor mensen die niets meer te zeggen hebben en mogelijkheden tot interactie bevorderen tussen mensen die geen zin meer hebben om met wie dan ook in contact te treden.’ In sneltreinvaart consumeren we producten en informatie, dat is onze manier van deelhebben aan de wereld geworden, maar anders dan de reclame belooft worden we er niet gelukkig van – integendeel, onze begeerte neemt slechts toe. Dat het ook anders kan, blijkt wanneer er een stroomstoring optreedt of een grootscheepse staking uitbreekt; als de eerste opwelling van ergernis is overwonnen, voelen we een ‘stille voldoening’ en daalt de rust over ons neer. Dit heilzame moment van stilstand kan iedereen individueel bewerkstelligen door ‘een pauze in te lassen, de radio uit te doen, de televisie af te zetten; niets meer te kopen, niets meer te willen kopen’. Dat noemt Houellebecq ‘een soort van koude revolutie’.

Vrouwenhater

Overigens toont de auteur zich in zijn teksten wel ambivalent. Hij verkondigt dat seksuele begeerte ongelukkig maakt, maar ondertussen is het overduidelijk dat seks zijn favoriete onderwerp is. Zijn romans lijken geschreven door een vrouwenhater, en het is dan ook verrassend te lezen dat hij ‘de klassieke vrouwelijke waarden’ zoals liefde en medeleven ‘superieur’ acht. Hij richt zijn pijlen op de technologie, maar verwacht niettemin heil van kloneren.
Tegenstrijdigheden, zegt hij, zijn kenmerkend voor deze tijd.

De koude revolutie. Confrontaties en bespiegelingen, door Michel Houellebecq, samenstelling en vert. Martin de Haan, uitg. De Arbeiderspers, Amsterdam 2004, 368 blz., € 22,50