Home Een gezonde dosis pessimisme

Een gezonde dosis pessimisme

Door Marco Kamphuis op 21 september 2010

08-2010 Filosofie magazine Lees het magazine

We zijn evolutionair geprogrammeerd om redeloze hoop te koesteren, weet Roger Scruton. Gelukkig is hijzelf gevrijwaard van deze collectieve domheid.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.
Log in als abonnee Geen abonnee? Bekijk de abonnementen

Met beklemmende somberheid heeft Het nut van pessimisme, Roger Scrutons nieuwste boek, niets van doen. We moeten het pessimisme in de titel opvatten als niets anders dan gezond verstand, gericht tegen valse hoop. Scruton trekt van leer tegen beleids- en opiniemakers die het publiek voor hun onwerkelijke toekomstvisies winnen en bestaande, redelijk functionerende regelingen vervangen door perfecte systemen – die achteraf een dramatische verslechtering blijken te zijn. Overigens, schrijft de Engelse filosoof, zal zijn pleidooi voor realiteitszin volstrekt nutteloos blijken te zijn, want mensen zijn evolutionair geprogrammeerd om redeloze hoop te koesteren en daar kan geen argumentatie tegenop. Niemand zal het Scruton verwijten dat hij desondanks een poging onderneemt deze collectieve domheid, waarvan hij toevalligerwijs is gevrijwaard, krachtig te bestrijden, want het heeft een uiterst leesbaar boek opgeleverd.

Drogredenen

Scruton onderscheidt een aantal denkfouten die ‘gewetenloze optimisten’ maken. Zo is daar ‘de drogreden van het beste geval’. Bij hun toekomstplannen stellen optimisten zich de best mogelijke uitkomst voor; met een eventuele mislukking houden ze simpelweg geen rekening. Dat is de instelling van de gokker. Een voorbeeld is volgens Scruton de kredietcrisis, die begon doordat Amerikaanse banken hypotheken verstrekten aan huishoudens met lage inkomens. In het gunstigste geval een profijtelijke transactie voor zowel cliënt als bank, maar het pakt anders uit als de cliënt zijn hypotheekrente niet kan betalen – het scenario van het ergste geval ‘dat er zo duimendik bovenop lag dat niemand de moeite nam om ernaar te kijken’. Scruton legt de schuld niet bij de banken, maar bij de Amerikaanse overheid. Met de bedoeling de welvaart van minder draagkrachtigen te stimuleren, dwong die de banken riskante leningen te verstrekken. Onverantwoord optimisme heeft ons dus in de economische crisis gestort.

Bijzonder invloedrijk in de geschiedenis van de mensheid is ‘de drogreden dat we vrij worden geboren’. Revolutionairen denken dat vrijheid de natuurlijke staat van de mens is, en dat die zal kunnen worden gerealiseerd door de eliminatie van de hiërarchische structuren waarin hij gevangenzit. Maar een maatschappij zonder regels en wetten is onmogelijk, en vrijheid is wel het laatste wat we in totale anarchie zouden ervaren, doordat we voortdurend aan de willekeur van anderen zouden zijn overgeleverd. Slechts als we beperkingen in acht nemen, kunnen we vrijheid verwerven. ‘De Franse Revolutie is maar een van de vele historische gebeurtenissen die ons duidelijk maken dat bevrijdingsbewegingen, wanneer ze erin slagen om de staat te vernietigen, allereerst tot anarchie leiden, vervolgens tot tirannie, en na verloop van tijd tot totalitaire terreur.’ Revolutionairen willen dat echter niet weten. En van hun ontkenning is de auteur zelf getuige geweest.

Roger Scruton (1944) was in 1968 in Parijs toen zijn leeftijdgenoten barricades opwierpen, vernielingen aanrichtten en met Mao dweepten. Op dat moment werd hij gewonnen voor het conservatisme. De soixante-huitards waren doof voor kritiek. Rapporten over de terreur die Mao uitoefende waren het werk van ‘bourgeoisagenten’ en werden verspreid door de ‘bourgeoismedia’. Daarmee was de kous af. De jonge Scruton bezat voldoende pessimisme om menselijke dwaasheid te herkennen, maar zijn kritiek op de destructie om hem heen was zinloos.

Rancune

Behalve aan de drogreden van het beste geval en de drogreden dat we vrij geboren worden, waren Scrutons rebellerende tijdgenoten ten prooi aan ‘de drogreden van de utopie’. Een utopie is een visioen van een toekomstige toestand waarin alle mensen in harmonie samenleven doordat de omstandigheden die spanningen en conflicten veroorzaken zijn weggenomen. Zo’n ideale, spanningsloze toestand is onbereikbaar – en valt om die reden ook niet definitief te weerleggen. De utopist is vaag over zijn toekomstbeeld, maar ondertussen heel precies in wat hij afwijst. Het veroordelen van het hier en nu is volgens Scruton het aantrekkelijke van de utopie. De utopist wordt gedreven door ‘rancune jegens hen die zich prettig voelen bij de gewone wereld van het menselijk compromis’. Daarom gaat het optimistisch geloof in een betere wereld gemakkelijk samen met geweld tegen de ‘schuldigen’ die de toekomst in de weg staan.
De ‘drogreden van de nulsom’ kan gemakkelijk worden uitgelegd: kosten en baten houden elkaar in evenwicht, dus de mislukking van de een wordt veroorzaakt door het succes van de ander. Deze misvatting leidt tot stellingen als: de armoede in Afrika is het directe resultaat van de rijkdom in Europa. Optimistische beleidsmakers menen dat de oplossing zit in een financiële overdracht van Noord naar Zuid, ter compensatie van het koloniale verleden. Wie met ‘een gezonde dosis pessimisme’ gezegend is, ziet echter in dat de problemen in de derde wereld niet met westers geld zijn op te lossen. Dezelfde drogreden ligt volgens Scruton aan de basis van de haat van islamisten tegen het succesvolle Amerika.

‘De drogreden van de planning’ is de kapitale denkfout dat de samenleving vooruit kan worden geholpen wanneer een elite een alomvattend plan bedenkt en aan de bevolking opdringt. Scruton neemt hier de gelegenheid te baat zijn gal te spuwen over de Europese Unie. Eenheid valt niet te plannen. Een samenleving hoort zich organisch te ontwikkelen, in de loop van generaties, niet gestuurd door bureaucraten en idealisten, maar door de onzichtbare hand van alle mensen samen.
Dit is slechts een greep uit de klassieke vergissingen die volgens Roger Scruton leiden tot valse hoop omtrent de maakbaarheid van de samenleving. Op al die dwalingen is zijn antwoord prudent pessimisme, oftewel gezond verstand, dat leert dat we ons beter kunnen houden bij de traditie, die zich immers al bewezen heeft. Hij heeft het allemaal helder en prikkelend opgeschreven, en dat het gezond verstand in dit boek zonder uitzondering bij conservatieve standpunten uitkomt, valt hem dan ook gemakkelijk te vergeven.