Home De magische krachten van Indiase eunuchs

De magische krachten van Indiase eunuchs

Door Marianne van Dijk op 29 maart 2017

De magische krachten van Indiase eunuchs
Cover van 04-2017
04-2017 Filosofie magazine Lees het magazine

De Indiase fotograaf Indiase Dayanita Singh wil geen fotograaf genoemd worden. Waar deze aversie tegen het label fotografie vandaan komt, legt Sujata Abhijat, verbonden aan de Universiteit van Delhi, uit. 

De fotograaf van dit beeld wil liever geen fotograaf genoemd worden. Toch werd de Indiase Dayanita Singh (1961) in 2008 onderscheiden met de Prins Claus Prijs ‘voor haar kwalitatief hoogstaande foto’s en voor het complexe, maar heldere beeld dat ze geeft van het moderne leven in India’.

Tekst loopt door onder afbeelding

Fotografie: Dayanita Singh

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Waarom wil Singh geen fotograaf genoemd worden? 
‘Omdat montage en stilering het belangrijkste onderdeel van haar creatieve proces vormen. Zo belangrijk dat ze jonge fotografiestudenten schijnt te adviseren literatuur te gaan studeren in plaats van fotografie.

Met behulp van foto’s, en bij dit beeld ook teksten, maakt ze een verhaal dat ze meestal uitbrengt in fotoboeken, waarvan ze er inmiddels twaalf heeft. Oorspronkelijk begon Singh als fotojournalist; daar komt het denk ik vandaan. Regelmatig volgt ze een specifiek persoon uit de Indiase maatschappij in deze boeken.’ 

Wat is het verhaal van de vrouw op deze foto? 
‘Het verhaal van Mona Ahmed lijkt nog het meest op een tragedie. Allereerst is ze geen vrouw, maar een eunuch. Mona is haar vrouwelijke naam en Ahmed haar oorspronkelijke mannennaam. Mona behoort tot een groep van 1 miljoen mensen in India, waarvan 5 procent daadwerkelijk hermafrodiet is, en de rest uit gecastreerde mannen bestaat. Vanwege deze achtergrond is haar geadopteerde kind weggenomen, en de huisdieren die ze aanschafte worden telkens gestolen of gedood. Elke poging om een familie te creëren mislukt bij haar. Wanneer Mona de eunuchgemeenschap verlaat, wordt ze pas echt outcast, of eigenlijk: outcast van de outcast. Als deel van de eunuchs konden mensen haar nog plaatsen; de eunuchs vervullen bepaalde rollen in India, omdat hun magische krachten worden toegedicht. Nu hoort ze nergens meer bij.’ 

Het feit dat de foto zwart-wit is, maakt het geheel nog droeviger. 
‘Ja, het geeft nog meer het idee dat Mona niet deelneemt aan het gewone sociale leven. Bovendien maakt ze in dit beeld en op de meeste andere foto’s geen contact met de kijker. En hoewel het konijn boven op haar ligt, lijkt ze ook niet echt verbinding met het dier te maken. Dat vind ik het paradoxale van het boek waar deze foto in staat: de fotograaf heeft, zo blijkt uit de begeleidende teksten, een vriendschap opgebouwd met deze vrouw in de tijd dat ze haar volgde. Ze zegt: “In onze klassenmaatschappij zou er geen ontmoetingsplek zijn geweest voor Mona en mij als de fotografie er niet was.” Maar die verbinding blijkt niet uit de foto’s. Singh portretteert Mona als wanhopig eenzaam, waardoor het lijkt alsof ze tijdens de reportages journalistieke afstand hield van haar onderwerp. Je voelt als kijker daardoor geen band met Mona. Wat je ziet en ervaart zijn haar eenzaamheid – wat het is om verstoten te zijn.’ 

Hoe is het voor jou als Indiase vrouw die niet tot de eunuchs behoort om Mona te zien?
‘Heel ongemakkelijk. Ik ontmoette vroeger regelmatig eunuchs in de trein, waar ze om geld kwamen vragen. Als ze dat niet kregen werden ze agressief, en daardoor was ik bang voor ze en voelde ik ook een soort walging. Het was moeilijk voor me om me met ze te verbinden. Toen ik het boek van Singh zag, realiseerde ik me dat ik die oude ideeën nog steeds had. De eenzaamheid van Mona raakte me, want dat is een gevoel dat iedereen kent, tot welke klasse je ook behoort. Ik heb er bewondering voor dat het Singh gelukt is om het vertrouwen te winnen van een groep mensen die zich sterk afzijdig houdt, en dat haar beelden esthetisch zo sterk aanspreken dat ze die groep mensen even een beetje dichterbij brengt.’