Home De beste vakantieboeken

De beste vakantieboeken

20 juni 2007

06-2007 Filosofie magazine Lees het magazine

Redacteuren van Filosofie Magazine en medewerkers van onze boekenrubriek tippen hun favoriete filosofische vakantieboek.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.



Nachtoog – schuine wegen van de filosofie
Erik Oger
Uitgeverij Klement/Pelckmans

Het schuine, dat is waar Nachtoog over gaat. Hierin beschrijft de Antwerpse filosoof Erik Oger een fenomeen dat iedereen wel kent: hoe rechter we op ons doel afgaan, hoe verder weg het juist komt te liggen. Wie per se wil slapen, zal de slaap niet kunnen vatten. Hoe meer tijd we trachten te winnen door moderne techniek, hoe meer vertraging we oplopen door verstopte wegen. We moeten daarentegen het nachtoog ontwikkelen, een sluwe manier van kijken – zijdelings het beoogde doel. Een erudiet boek, en ideaal voor op vakantie, omdat tijdwinst en doelgerichtheid niet samengaan met luieren.

Leon Heuts 

Leven en leer van beroemde filosofen
Diogenes Laertius
Uitgeverij Ambo

Tijdens een vakantie in Griekenland heb ik veel plezier beleefd aan deze (vermoedelijk in de derde eeuw geschreven) klassieker. Diogenes dist als een Romeinse (Griekstalige) Boudewijn Büch evenveel onzinnige als saillante en veelzeggende details en anekdotes op over de klassieke filosofen. Waarschijnlijk is het ook heel geschikt om mee te nemen naar andere mediterrane bestemmingen, wellicht zelfs naar alle vakantiebestemmingen, want het wordt volkomen terecht door filosofen onderschat, behalve door de onfeilbare Montaigne.

Pieter Hoexum 

Bekentenissen
Jean-Jacques Rousseau
Uitgeverij Arbeiderspers

Jean-Jacques Rousseau was naast een invloedrijk filosoof een magistraal schrijver, en zijn Bekentenissen maakt zelfs drie weken strandvakantie draaglijk. Wie deze autobiografie leest, zal zien dat Rousseau, overeenkomstig zijn op de eerste pagina uitgesproken voornemen, zich geen sikkepit beter voordoet dan hij is – sterker, hij lijkt er geen gering genoegen in te scheppen zijn ondeugden zo zwart mogelijk af te schilderen. Een onmogelijke man, even scherpzinnig als getroebleerd. Reist men lichtbepakt, kies dan zijn Overpeinzingen van een eenzame wandelaar.

Marco Kamphuis 

Lachen om niets, een absurde filosofie van de mens
Coen Simon
Uitgeverij Prometheus

Sisyfus gaat nooit op vakantie om even afstand te nemen van de sleur van alledag. Hij moet als straf van de goden elke dag een steen de berg oprollen. Als hij ’s avonds eindelijk boven is, rolt de steen weer naar beneden. De volgende morgen begint de arme ziel opnieuw, enzovoorts. Volgens de Franse schrijver Albert Camus is het lot van Sisyfus het lot van ieder mens: ons bestaan is zinloos en absurd. Coen Simon gaat letterlijk een stapje verder. Hij ziet Sisyfus als Charlie Chaplin. De komiek duwt de steen met veel moeite de berg op. Bovengekomen is hij uitgeput en pakt een zakdoek om het zweet van zijn voorhoofd te vegen. Hij vergeet de steen, die rolt weer naar beneden. De bioscoopbezoekers moeten lachen, om de absurditeit van het bestaan.

Frank Meester 

Opmerkingen over het gevoel van het schone en het verhevene
Immanuel Kant
Uitgeverij Damon

Neem dit afwisselend schone en sublieme vakantieboek twee keer tot je. Laat het je eerst helpen de juiste bestemming te kiezen, laat het eenmaal aangekomen je handelen sturen. Een willekeurig voorbeeld: je reist af om vrouwen met ‘knappe figuurtje’ te versieren. Kant vertelt waar die te vinden zijn, ver van de traditionele jachtvelden namelijk. Niet aan de Costa Brava, niet aan de Côte d’Azur, maar in Georgië en Circassië. Ter plekke aangekomen lees je bij Kant alles over flirten.

Maarten Meester 

Sideraal Amerika
Jean Baudrillard
Uitgeverij 1001

Iedereen die deze zomer naar de Verenigde Staten gaat, zou Sideraal Amerika (Amérique) moeten lezen, van de postmoderne Franse filosoof Jean Baudrillard, overleden in maart van dit jaar. In het midden van de jaren tachtig maakte Baudrillard een roadtrip door Amerika, het boek dat hij daarover schreef is toegankelijk voor zijn doen. Baudrillards opmerkingen over ‘vreemde’ verschijnselen zoals breakdancen en joggen zijn verouderd, maar zijn radicale en ironische kijk op Amerika is fascinerend gebleven. Hij schrijft lyrisch over de woestijnlandschappen waar hij doorheen rijdt; de onmenselijk lege ruimte die hij daar ziet, beschouwt  hij als ‘oerscène’ van de Amerikaanse cultuur, die in de kern leeg en primitief is gebleven. Wat zijn boek fascinerend maakt, is de idiosyncratische schrijfstijl waarmee hij tegelijk zijn eigen obsessies blootgeeft en nieuw licht werpt op de Amerikaanse ‘hyperrealiteit’.

Martijn Meijer 

Mythologieën
Roland Barthes
Uitgeverij IJzer

De toerist gaat op zoek naar het pittoreske. En wat is pittoresk? Dat is alles wat heuvel- of bergachtig is. Roland Barthes beschrijft in korte stukjes de mythen van de moderne tijd. De voorliefde voor het bergachtige, de alpenmythe, verraadt volgens Barthes een protestantse geest, die voor alles uitgaat van het morele belang van inspanning. De bourgeoisie, die in de auto door de bergen toert, koopt graag de inspanning, en houdt er een beeld en de deugd aan over, zonder er onder te hoeven lijden. Of hij nu schrijft over wasmiddelen, over de Tour de France of  over de nieuwste Citroen, Barthes is altijd even speels en onopvallend erudiet. Zijn boekje is aanstekelijke lectuur voor de vakantieganger, die nu met het scalpel van Barthes zijn vakantieland kan ontleden.

Florentijn van Rootselaar 

De eerste man
Albert Camus
Uitgeverij De Bezige Bij

Ontroerend portret van de jonge Camus die opgroeit te midden van de armoede en het analfbetisme van Algiers en zich met de hulp van een paar goede docenten opwerkt tot de latere Nobelprijswinnaar literatuur. Camus toont in dit literaire monument dat veerkracht en levenslust zich, ondanks alle ellende, nooit helemaal laten wegdrukken.
Deze autobiografie is nooit voltooid. Het manuscript werd gevonden in het wrak van de auto waarmee Camus in 1960 verongelukte. In de uitgave zijn enkele handgeschreven pagina’s opgenomen waaruit  blijkt dat Camus zijn fantastische stijl in één ruk op papier zette.

Daan Roovers 

De vrolijke wetenschap
Friedrich Nietzsche
Uitgeverij Arbeiderspers

‘Dit hele boek is niets anders dan een vermakelijkheid na een lange periode van ontbering en machteloosheid, de jubel van de terugkerende kracht, van een opnieuw ontwaakt geloof in een morgen en overmorgen, van een plotseling gevoel en voorgevoel van toekomst, van nabije avonturen, van weer open zeeën, van doeleinden die opnieuw geoorloofd en geloofwaardig zijn.’ Nietzsches antwoord op de dood van God is een viering van het aardse leven, die ons de vergezichten van een bevrijde geest toont en geneest van zwaarmoedigheid. Dit dieet van de gaya scienza werkt het best aan de mediterrane kust.

Ivo Slangen 

Nietzsche. Een biografie van zijn denken
Rüdiger Safranksi
Uitgeverij Olympus

Een filosofisch vakantieboek: het lijkt een contradictio in terminis. Filosofie is ter lering, vakantielectuur ter vermaak. Maar in Nietzsche. Een biografie van zijn denken door Rüdiger Safranksi komen die kwaliteiten samen. Het boek is Bildungsroman en thriller tegelijk. De hoofdpersoon had de brandende ambitie zijn nog ambitieuzere filosofie te leven en zoals dat gaat met tragische helden, wil, nee móet, de lezer weten of hij daarin slaagt. Safranski heeft een boek geschreven dat je, eenmaal begonnen, niet meer kunt wegleggen. Net als een Grisham.

Sebastien Valkenberg