In het wetenschappelijk onderwijs willen we dat studenten niet alleen maar kennis opdoen, we willen ook dat ze die kennis begrijpen. Maar wat voegt begrijpen eigenlijk toe aan kennis, en waarom denken we dat iemand daarmee pas op het hoogste intellectuele niveau is aangeland?
De klassieke wetenschapsfilosofie richt zich vooral op het rechtvaardigen van kennis, en nagenoeg niet op begrijpen. De reden daarvoor laat zich niet moeilijk raden. Aan begrijpen kleeft subjectiviteit, en die willen we niet in wetenschap. Objectiviteit wordt gegarandeerd als de kenner geen rol meer speelt in de relatie tussen de kennis en de wereld. Alle filosofische pogingen om die garantie te waarborgen zijn vooralsnog mislukt. Zodoende is er in de laatste decennia steeds meer ruimte gekomen voor benaderingen die de kwaliteit van wetenschap op andere manieren uitleggen. Een recente invalshoek is ‘begrijpen’.
Dit artikel is exclusief voor abonnees