Home Peter Watson: Wrede schoonheid

Peter Watson: Wrede schoonheid

Door Daan Roovers op 22 januari 2013

05-2002 Filosofie magazine Lees het magazine
Het vuistdikke Wrede schoonheid van Peter Watson is een biografie van de wetenschap in de twintigste eeuw. Conclusie: ”De wetenschap nadert voltooiing.”

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.
Log in als abonnee Geen abonnee? Bekijk de abonnementen


“Wat mij altijd enorm heeft verbaasd”, vertrouwde Isaiah Berlin hem in 1997 toe, “is dat ik in zulke vreselijke tijden zo’n vredig leven heb gehad.” Peter Watsons Wrede schoonheid opent met deze opmerking van Berlin en ademt 850 bladzijden een optimisme dat je maar zelden aantreft in een boek over de twintigste eeuw.

Wat was de aanleiding voor deze omvangrijke studie?
Watson: “Ik heb het boek geschreven dat ik zelf altijd al had willen lezen. De meeste overzichten van de twintigste eeuw gaan over de verschrikkingen van de twee wereldoorlogen, terwijl die eeuw zeer interessant is vanwege het fantastische fundamenteel wetenschappelijk onderzoek.”

“Het is waarschijnlijk gewoon toeval, maar aan het begin van de twintigste eeuw heb je het gevoel dat er echt iets nieuws begint. In het jaar 1900 vinden er 3 zeer belangrijke gebeurtenissen plaats, op zeer verschillende terreinen. In de eerste week van 1900 publiceert Freud zijn Traumdeutung, het boek waarin hij het onderbewuste introduceert. Drie maanden later ontdekt de Nederlander Hugo de Vries de ‘eenheid van genetisch materiaal’, wat wij later het gen gaan noemen en in hetzelfde jaar introduceert Max Planck het begrip quantum.”
 
Wat beschouwt u als de belangrijkste ontdekking van de twintigste eeuw?
“Het meest invloedrijke idee van de afgelopen eeuw is ongetwijfeld de introductie van het onderbewuste geweest, hoewel het in mijn visie een grote misvatting is, een doodlopende weg. Maar niets heeft ons leven zo direct en intiem beïnvloed als de psychologie.”
 
En nu, hoe staan we er nu voor?
“Na een eeuw fundamenteel onderzoek op allerlei gebieden zie je dat de kennis uit verschillende  wetenschappen convergeert. Biologie vertelt meer en meer hetzelfde verhaal als de chemie, en die zegt weer hetzelfde als de natuurkunde. Dat komt vermoedelijk omdat het beeld van de werkelijkheid dat de wetenschap ons kan voorhouden langzamerhand tot voltooiing komt.”
 
U bent daar erg stellig over. Is de ontwikkeling van wetenschap een lineaire accumulatie van kennis, naar uw idee, of is het ook mogelijk dat we door verkeerde paradigma’s de foute antwoorden op onjuiste vragen zoeken?

“Dat lijkt me sterk. Het succes van de toegepaste technologie – gebaseerd op het wetenschappelijk onderzoek van de afgelopen decennia –  is zo groot dat dat erg onwaarschijnlijk is. Het idee van die paradigmawisselingen in de wetenschap dat Thomas Kuhn in The scientific revolution beschrijft, wordt zwaar overschat.. Het belangrijkste wat Kuhn aantoont is dat ménsen niet van gedachten veranderen. Wetenschap verandert en vordert pas als mensen met de oude opvattingen doodgaan en de nieuwe generatie aan het werk gaat.”

“Bètawetenschap is vaak met dédain bekeken door intellectuelen. Tot halverwege de twintigste eeuw was iemand goed opgeleid als hij kennis van de klassieken had. Dat kan nu niet meer. Je kunt jezelf nu niet meer goed onderlegd noemen als je geen benul hebt van moderne wetenschap En terecht. Wetenschap vertelt fantastische verhalen.”
 
Wat verwacht u van de eenentwintigste eeuw?

“We belanden in een post-wetenschappelijke wereld. Het beeld dat de wetenschap ons aandraagt nadert voltooiing en dat betekent ook dat de beperkingen van wetenschap meer en meer zichtbaar worden. We hebben fantastische kennis en voordelen opgedaan, maar het heeft ons moreel niet echt vooruit geholpen. We zijn misschien rijker en gezonder, m,aar niet gelukkiger. Het belangrijkste probleem van de 21ste eeuw zal de ouderdom zijn. We hebben daarbij niet veel aan wetenschap, dit is een morele kwestie. De 21ste eeuw wordt de eeuw van de sociologie en vooral van de ethiek.”
 
Wrede Schoonheid; mensen en ideeën die het moderne denken gevormd hebben, door Peter Watson, uitg. het Spectrum, Utrecht 2001, 886 blz.