‘Ik weet gewoon niet wat ik moet doen – vertel me alsjeblieft wat ik moet doen!’ Hier was duidelijk een student aan het woord. De student was ik.
Ik zit weer in de collegebanken. Zo voelt dat dus, als je aan de voet staat van een onontgonnen terrein, waarvan je geacht wordt een plausibele kaart te leveren, het liefst met een paar nieuw ontdekte soorten erop. Waar begin je?
‘Ik begrijp het gewoon niet – leg het alsjeblieft nog eens uit.’ Dat waren mijn eigen studenten, ik was aan het ratelen over niet-weten en non-kennis. We zaten in een impasse. Hoeveel kaarten, reisbeschrijvingen en soorten kon ik nog laten zien? Het beste was als ze zelf gingen experimenteren. Pak een willekeurige vierkante meter en beschrijf, teken, categoriseer alles wat je ziet. Wat blijft achter of over? Kies een metafoor en kijk waarop hij spaak loopt, want dat zal hij. Dáár is een ingang tot niet-weten.
Even tussendoor …
Meer columns lezen van Miriam Rasch? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
‘Vertel me wat te doen,’ mompelde ik intussen zelf, en ik wist het antwoord dus wel – proberen, mislukken, opnieuw proberen en beter mislukken, naar Samuel Beckett – maar de impasse was tastbaar, alsof ik met mijn voeten vastzat in de modder. Leren is ontleren, of je nu de student bent of de juf.

