Je mag kiezen: óf je bent onsterfelijk, maar dan zul je je niet voortplanten. Óf je krijgt kinderen, maar dan ga je dood.
Wie, zoals ik, een leuk kind heeft, aarzelt niet lang. Een kind geeft het leven zin. En een leven dat zich eindeloos uitstrekt en elke urgentie uit je handelen haalt, lijkt me zinloos. Doe mij maar sterfelijkheid.
Aan het begin van The Last Male on Earth krijgen we de keuze voorgelegd: nageslacht of het eeuwige leven. De documentaire draait om Sudan, de laatste witte neushoorn op de wereld. De oude Sudan heeft geen kinderen. Als hij sterft, is de witte neushoorn uitgestorven.
Dat laatste is erg, zeggen wetenschappers in de documentaire, maar waarom, dat begrijp ik na hun uitleg niet precies. De toeristen die Sudan bezoeken, laten wél zien waarom het erg is. Er gebeurt iets wonderlijks als zij de neushoorn aanraken. Ze raken diep ontroerd en voelen zich verbonden met verleden, heden en toekomst. Intussen maken ze selfies met Sudan, die wereldberoemd is omdat hij de laatste is. Behalve voor inkomsten van de toeristen, voorziet hij als uithangbord van de natuurbeschermers in het levensonderhoud van een heleboel mensen. Tientallen Afrikaanse militairen bewaken het park waar hij woont om hem te beschermen tegen stropers, die ook aan hem willen verdienen.
Dat we als kijker zo meetreuren om het verdwijnen van de neushoorn komt door het grootse gevoel dat de documentaire weet op te roepen van aangeraakt zijn door Sudan: het is alsof je de dinosauriër uitroeit, en daarmee het begin van alles. Als hij sterft, sterven wij ook.
Sudan heeft het straks allemaal: eeuwige roem én een kind
Maar dan horen we en passant in de documentaire iets opmerkelijks: de witte neushoorn is nog helemaal niet uitgestorven; er zijn nog twee vrouwtjes! We zien de reusachtige dames op een afgelegen veld rondscharrelen en een marketeer puzzelen met het vraagstuk hoe ze deze twee vrouwtjes als de nieuwe laatste kan branden.
Ik voelde de feminist in mij wakker worden: die twee enorme laatste witte neushoornvrouwtjes zijn kennelijk niet sexy genoeg voor een selfie, laat staan een documentaire! Komt dat door de mannelijke obsessie met (on)sterfelijkheid, waar we al eeuwen mee zijn opgezadeld? En dat terwijl een vrouw, Hannah Arendt, haar aandacht wilde richten op ‘nataliteit’, oftewel het wonder van de ‘geboortelijkheid’.
Welnu, het kwakje van het laatste mannetje is getapt en afgelopen zomer zijn de vrouwtjes geïnsemineerd. Ze staan daarmee aan het begin van wat goed te branden is: het nieuwe laatste mannetje. En dan heeft Sudan het allemaal: onsterfelijkheid door eeuwige roem én een kind. Maar ik zeg: hulde aan de dames. Zonder hen geen geboorte. Hun namen: Najin en Fatu.