Home ‘Laten we de wijsheid van de natuur meenemen in ons leven’
Mens en natuur

‘Laten we de wijsheid van de natuur meenemen in ons leven’

De Amerikaanse schrijver Gary Ferguson bracht zijn volwassen leven door in de natuur. Dit komt duidelijk terug in zijn boeken, waarin de wisselwerking tussen mens en natuur centraal staat. De acht grote lessen van de natuur is zijn eerste boek in Nederlandse vertaling.

Door Simon Gusman op 09 maart 2020

‘Laten we de wijsheid van de natuur meenemen in ons leven’

De Amerikaanse schrijver Gary Ferguson bracht zijn volwassen leven door in de natuur. Dit komt duidelijk terug in zijn boeken, waarin de wisselwerking tussen mens en natuur centraal staat. De acht grote lessen van de natuur is zijn eerste boek in Nederlandse vertaling.

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Hoe bent u tot uw boek gekomen?
‘Ik heb mijn hele volwassen leven doorgebracht in de wilde natuur. Met dit boek wilde ik terugkijken wat die ervaringen me hebben geleerd. De centrale les is dat wij als mensen levende wezens zijn en iets kunnen opsteken van hoe andere levende wezens zich tot de natuur verhouden. Zo kunnen we als individu en als groep beter leren leven. Ik geloof dat deze lessen extra urgent zijn in het licht van klimaatverandering enerzijds en de politieke situatie anderzijds. Ze kunnen ons leren dat er een andere toekomst mogelijk is.’

Vele van uw lessen hebben te maken met verbondenheid en diversiteit. Wat kunnen we op dit gebied leren van de natuur?
‘Het westerse denken is lang gedomineerd door subject-objectdenken. Dat kan heel handig zijn als hulpmiddel om de wereld beter te begrijpen. Het creëert namelijk een wereldbeeld waarin alle dingen precies van elkaar onderscheiden en wetenschappelijk te bekijken zijn. Dit heeft ons echter blind gemaakt voor een meer holistische manier van kijken, eentje waarin we de dingen niet in isolatie, maar juist in hun samenhang bekijken. Oosterse filosofen of Amerikaanse Indianen bijvoorbeeld, denken in termen van relaties en niet in termen van losse objecten. Dat laatste is voor ons zo vanzelfsprekend geworden, dat we het niet eens meer door hebben.’

De natuur als systeem wordt dan iets waar je om geeft zoals je ook om je vrienden en familie kunt geven.

‘Interessant is dat juist in de wetenschap momenteel een cultuurverandering bezig is. Wetenschappers worden steeds beter in het bekijken van de samenhang binnen een ecosysteem als geheel. Er is niet zoiets als een louter individu, wij zijn deel van een ecosysteem. Het is niet makkelijk om zelf ook zo’n andere manier van kijken aan te leren, maar het is wel mogelijk. Uiteindelijk worden we er betere mensen van, omdat we leren te geven om het systeem waar we mee samenhangen. De natuur als systeem wordt dan iets waar je om geeft zoals je ook om je vrienden en familie kunt geven. Dat is de les van verbondenheid.’

‘Diversiteit laat zien dat een ecosysteem met zo veel mogelijk verscheidenheid simpelweg veerkrachtiger is. Hoe meer planten en dieren er zijn, hoe langer een ecosysteem voort kan blijven bestaan. De kans is groter dat zo’n ecosysteem kan herstellen van een ramp – en rampen komen in de natuur vaak voor. De veerkrachtigheid die diversiteit met zich meebrengt is een belangrijke les die wij uit de natuur kunnen trekken. Omdat er groepen zijn in onze samenleving die wij eeuwenlang onderdrukt hebben, is het goed om de vraag te stellen wat het perspectief van deze groepen kan bijdragen aan onze veerkrachtigheid. Het vrouwelijke perspectief is bijvoorbeeld al 4.000 jaar lang niet serieus genomen. Wat kunnen we leren van hun kijk op de wereld, bijvoorbeeld wat betreft creativiteit? Als je een perspectief uit de samenleving weghaalt, haal je een deel van het geheel weg en wordt het geheel dus zwakker. Een diverse samenleving is wijzer en creatiever.’

U heeft het in uw boek vaak over het ‘ruige individu’? Is het teruggaan naar de natuur niet eerder iets dat wij associëren met losbreken van de samenleving en er in je eentje op uitgaan?
‘Ik ben opgegroeid in het conservatieve Midden-Westen van de Verenigde Staten. Zonder dat ik het door had ben ik groot geworden met Amerikaanse idee van het ruige cowboy-achtige individu. Ik had als witte man met genoeg geld het privilege om een oude auto te kopen en er op uit te gaan. Toen ik voor het eerst de wildernis in ging, leefde ik inderdaad in de fantasie van het als individu losbreken uit de samenleving. Ik groeide op in een sterk vervuild industrieel gebied en belichaamde een sterk mannelijk, westers ideaal van een soort ontdekkingsreiziger die deze plek zomaar kan verlaten en een nieuw plekje kan vinden dat nog onontgonnen en puur is.’

Het idee dat we een onderscheid kunnen maken tussen de goede natuur enerzijds en de slechte mens anderzijds is typisch westers.

‘Echter, toen ik echt in de wildernis kwam, in Amerika en op andere plekken over de gehele wereld, leerde ik de ware boodschap van de natuur kennen. Deze gaat juist niet over het individu, maar over de samenhang van alle mensen, dieren, planten en dingen. Daar leerde ik dat zowel de doelgerichte mannelijke energie en de holistische vrouwelijke energie gelijkwaardig zijn en allebei noodzakelijk zijn voor een goede wereld. Juist door als individu de wildernis in te gaan en daar alleen rond te dwalen – soms weken, soms maanden – stortte mijn ideeën over individualisme in elkaar.’

Hoe denkt u over het onderscheid tussen natuur en cultuur?
‘Ik denk niet dat je de wildernis in hoeft te trekken om de lessen van de natuur te leren. Sterker nog, je kunt ze ook in de stad leren, zo lang er in de stad begroeide plekken zijn. Natuur is overal op de planeet. Juist de huidige klimaatcrisis laat zien dat we onszelf moeten begrijpen als een deel van de natuur. Het idee dat we een onderscheid kunnen maken tussen de goede natuur enerzijds en de slechte mens anderzijds is typisch westers. Dan ga je denken in termen van cultuur tegenover natuur en het idee dat als wij de natuur hebben vervuild we ergens anders heen kunnen waar de natuur nog schoon en ongerept is. We kunnen de ene vervuilde plek niet inwisselen voor een nieuw stukje natuur omdat de natuur overal is en een geheel vormt. De enige manier waarop we de natuur echt kunnen verlaten is als de natuur zelf besluit dat wij er niet meer zouden mogen zijn – bij wijze van spreken dan. Uitsterven is ook deel van het natuurlijke systeem. De aarde heeft geen geheim plan. Ze is niet tegen of voor ons, maar zal wel proberen het systeem in stand houden.’

U heeft duidelijk een bepaalde sociale agenda, vooral wat betreft de inclusie van vrouwelijke en niet-westerse perspectieven. Een van de lessen van het boek gaat vooral over oog hebben voor vrouwelijkheid. Is zo’n nadruk op het vrouwelijke niet gedateerd in een tijd waarin stemmen opgaan dat gender vooral een sociaal construct is?
‘Mijn ideeën over het mannelijke en het vrouwelijke zijn gebaseerd op archetypen, vooral geïnspireerd door de Amerikaanse mythologie-onderzoeker Joseph Campbell. Het idee van een archetype is dat het een bepaalde energie is die in alle mensen bestaat. Het maakt niet uit of je jezelf identificeert als man of vrouw, of je transgender of homoseksueel bent. Je hebt toegang tot die vrouwelijke energie zoals je ook toegang hebt tot mannelijke energie. Alleen als we deze samenbrengen ben je als individu in balans. Ik presenteer dingen vaak in termen van echte mannen en echte vrouwen, maar het is essentieel om te begrijpen dat het gaat om deze archetypische perspectieven. Dit zijn hele oude mythologische ideeën, waarin de vrouwelijke energie samenhangt met godinnen en de schepping van nieuw leven.’

Laten we de wijsheid van de natuur meenemen in ons leven.

‘Uiteindelijk hebben bepaalde heersers er door de millenenia heen voor gezorgd dat de vrouwelijke mythologie weggedrukt is. Hierdoor werd vrouwelijkheid gezien als iets beangstigends, iets onvoorspelbaars. Het werd symbool voor dat waar we geen controle over hebben. Dit sluit aan bij het westerse ideaal van subject-objectdenken en wetenschappelijke controle over de werkelijkheid. Het sluit ook aan bij het idee dat we de natuur kunnen onderwerpen en het idee dat deze wereld slecht is en enkel het hiernamaals goed. Het onderdrukken van vrouwen, homoseksuelen of andere mensen die vrouwelijke energie belichamen hangt dus direct samen met het westerse individualisme en de daarbij behorende controledrang.’

‘Vrouwenemancipatie gaat over concrete vrouwen van vlees en bloed, maar ook over openheid voor het vrouwelijke perspectief dat opener, holistischer en circulairder is dan het mannelijke. Vrouwelijke energie is je bekommeren om iedereen, zonder dat je macht over mensen uit wil oefenen. Het is zorg dragen voor iedereen op een gelijke manier. Het is het idee dat je even veel geeft om al je kinderen zonder dat er eentje de favoriet is. De mannelijke energie heeft te maken met specifieke doelen nastreven, een plan maken en het uitvoeren. Als je beide samenbrengt dan streef je specifieke doelen planmatig na, maar stel je ook de vraag wat de effecten van je plannen zijn op anderen en de wereld om je heen. De archetypen zijn ergens gebaseerd op een traditioneel vrouwelijke rol van kinderen baren en opvoeden en een traditioneel mannelijke rol van jagen en voor eten op tafel zorgen. Maar juist als we deze energieën te veel aan specifieke individuen koppelen denken we weer in termen van dat westerse, wetenschappelijke subject-objectperspectief. Het gaat er nogmaals om dat iedereen – en vooral de samenleving als geheel – deze energieën op een bepaalde manier belichaamd en omarmt.’

‘Het gaat er ook niet om dat we terug moeten naar hoe het vroeger was – pak ‘m beet 4.000 jaar geleden. Dan stellen we het geïdealiseerde vroeger ten opzichte van het nu en ook dat zou weer denken in termen van een hard subject-objectonderscheid zijn. Het gaat dus niet om een romantisch idee van terug gaan naar de natuur, maar juist het idee dat we de lessen uit de natuur overal kunnen toepassen. We moeten erkennen dat de wereld zo werkt zoals de natuur werkt. Laten we de wijsheid van de natuur meenemen in ons leven.’