Filosofen willen nogal eens lange zinnen maken over het zijn en de zijnden. Gilbert Simondon is een filosoof die hier de onzin van aantoont. Niet dat zijn zinnen gemiddeld genomen korter zijn. Zijn basisidee is dat de historische fout van de westerse filosofie ligt in haar obsessie met zoeken naar essenties, zoals de essentie van mens-zijn. Met een nauwkeurig oog voor biologisch en natuurkundig detail toont hij dat die obsessie voorbijgaat aan de realiteit van alledag: die van worden wat nog niet is.
Simondons introduceert de term ‘pre-individu’: elk individu is op elk moment het resultaat van een wordingsproces. Wat je op dit moment bent, ben je geworden door open te staan voor je omgeving. Dat lijkt misschien even abstract als het zijn en de zijnden, maar het resultaat ligt niet zo ver van je bed. Stel dat je je afsluit voor je omgeving, dan ben je mentaal dood. Of positiever gezegd: leven is leren. Zolang je maar blijft leren dat je, om te leven, open moet staan om iemand anders te worden.
Ik ben geen Simondon-expert. Maar ik ben wel iemand anders geworden door zijn boek te lezen. Dat komt omdat hij erin slaagt individuen en hun omgeving op een open manier aan elkaar te koppelen. In die zin is Simondon de filosoof van het menselijk potentieel om als individu te groeien zonder dat dat ten koste van je omgeving. Worden doe je nooit alleen.
Literatuur
• Gilbert Simondon (2020), Individuation in Light of Notions of Form and Information. University of Minnesota Press.