Home Film De filosofische videotheek: Eat Drink Man Woman
Film

De filosofische videotheek: Eat Drink Man Woman

Door Jacques de Visscher op 07 november 2014

Cover van 02-2012
02-2012 Wijsgerig Perspectief Lees het magazine

Deze Chinese film, bekend onder de Engelse titel, is een kritiek van de smaak. Het verhaal speelt zich af in de miljoenenstad Taipei (Taiwan). De centrale figuur is meneer Chu, een nu gepensioneerde maar heel gewaardeerde chef-kok, bij gelegenheid nog wel gevraagd in toprestaurants ter gelegenheid van grote feesten. Hij is al enkele jaren weduwnaar, draagt zorg voor het huis en voor zijn drie volwassen, maar nog inwonende dochters. Voor hen kookt hij heel uitvoerig op zondag, dan verwacht hij ze samen aan tafel. Dit is het wekelijks familieceremonieel waartegen de meisjes eigenlijk opzien. Vader Chu doet zijn uiterste best, maar de drie raken nauwelijks aan wat hun met zoveel eruditie is voorgeschoteld. Bovendien verlopen de gesprekken zo moeizaam dat alle gezelligheid zoek lijkt. De tweede dochter, Jia-Kien, een opkomende succesrijke commerciële bedrijfsleider in een luchtvaartmaatschappij, maakt zich zelfs een paar schuchtere opmerkingen over de gastronomische kunst van haar vader: hij zou niet meer zo goed proeven wat hij bereidt. Zelf heeft die kritische dochter enige deskundigheid, want van vader Chu’s boezemvriend, oom Wen, chef-kokin het grootste restaurant van de stad en een man met een feilloze smaak, heeft ze als kind veel geleerd.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Een voor een gaan de dochters het huis uit, zodat Chu alleen achterblijft. Ook zijn vriend Wen, met wie hij over alles kan praten en die hij als zijn tegenpool beschouwt, sterft – aan een maagkwaal. Een solitair leven leidt Chu niet. Hij leert een jonge vrouw kennen die al vlug een kind van hem verwacht. Hij verlaat het oude huis, waar Jia-Kien, de enige dochter zonder partner, in afwachting van de verkoop van het huis het zondagsceremonieel overneemt en haar zussen en zwagers en haar vader en stiefmoeder gastvrij en gastronomisch onthaalt. Op een van die zondagen – eigenlijk de laatste, want het huis is verkocht – heeft op Chu na iedereen afgezegd, zodat vader en dochter alleen samen zijn. Aan tafel maakt vader Chu voorzichtig en rustig een kleine opmerking, eerder een suggestie om met een bepaald kruid omzichtiger en harmonischer om te springen. Jia-Kien wil eerst kregelig reageren, maar ze laat haar zure kritiek varen: ze stelt immers vast dat Chu’s smaak is teruggekomen. Ze is blij en zegt ‘vader’.

Centraal in de film is een lang nachtelijk gesprek tussen Chu en zijn boezemvriend Wen, nadat ze een prestigieuze feestmaaltijd in het grote restaurant hebben gered. Ze zijn allebei stomdronken, roepen momenten op uit hun leven en praten over de kinderen, vooral over Jia-Kien, voor wie Wen een boontje heeft. Uiteindelijk zeggen ze dat in het leven alles te maken heeft met verhoudingen tussen mannen en vrouwen, eten en drinken. De kwintessens van het bestaan is de convivialiteit – de gezelligheid zonder dominantie – waarin het aanvoelen van en het verbonden zijn met elkaar het ultieme betekent. Heel duidelijk zijn de twee vrienden in dit nachtelijke gesprek van oordeel dat ‘de goede klank niet in het oor komt, de goede smaak niet in de mond en de goede seks…

‘God weet waar’. Hiermee verwoorden ze suggestief het kantiaanse onderscheid tussen ‘de smaak der zinnen’ en ‘de smaak der reflectie’ (Kritiek van het oordeelsvermogen, § 8). Tot de intrige van het filmverhaal behoort nu het merkwaardige feit dat Wen de man van de maag is, terwijl Chu, zoals de proloog van de film beeldend laat zien, een ingenieur van de gastronomie is en tegelijk een buitengewoon handige ambachtsman in de keuken, hoewel hij niet (meer) beseft wat hij proeft. Chu en Wen hebben complementaire competenties en talenten, zodat ze elk afzonderlijk een beetje alleen staan. Ze vormen een variante op het thema van het dualisme van lichaam en geest.

De film handhaaft dit dualisme niet, maar heft het op in de metamorfose die Chu doormaakt. Alles verandert na de dood van Wen, zijn alter ego, zijn ‘tweelingbroer’, die ‘als het ware’ moest sterven om in Chu te verrijzen. Preciezer geformuleerd: Wen, als de verpersoonlijking van de zelfstandig geworden zintuiglijke smaak, moest, geconfronteerd met de ‘verstandelijke smaak’, zich harmoniëren met die smaak die de kunst is van de redelijke verhoudingen. De gastronomie door de maag en de gastronomie door het verstand maken met andere woorden plaats voor de echte smaak, voor het weloverwogen praktische oordeel dat aan de basis ligt van de gezelligheid, van het authentieke bewonen van een huis, van de economie in haar archaische gastvrije betekenis die de weldadigheid van het zintuiglijke niet verloochent. Bovendien is er de eigenaardigheid dat nu de man, Chu, die zich als weduwnaar – voor een deel – het vrouwelijke rollenpatroon had eigengemaakt, door een vrouw, zijn dochter, wordt opgevolgd. Ook zij kent een metanoia, want ze laat haar activistische ambities varen voor een huiselijke ambitie: ze stelt de gastvrijheid en het onthalen centraal.

Eat Drink Man Woman is een goede film die, ogenschijnlijk exotisch, boven het particuliere uitstijgt en daardoor een algemene draagwijdte krijgt. Eten en drinken zijn paradigmatisch voor het feestelijke en het gezellige, waar het activisme wordt opgeheven om plaats te maken voor het conviviale, het echte maatschappelijke waar het samen eten belangrijk is. Daarvoor is een smaak nodig die verder reikt dan het bedenken en proeven van gerechten. Margaret Visser heeft gelijk als ze schrijft dat zo veel van de (goede) maaltijd afhangt (Much Depends from Dinner). Ang Lee brengt dit in beeld. Hij toont enerzijds in een vliegensvlugge montage van close-ups het virtuoze bereiden van de maaltijd; hij suggereert anderzijds in een meditatieve opbouw van scènes en sequenties hoe de vita activa in de vita contemplativa opgaat. Dat is ethiek.