Er zijn maar weinig dingen die we helemaal op eigen kracht weten; het meeste hebben we van anderen. Epistemologen spreken hier over getuigenis als kennisbron. Het punt waarop de planeet Mercurius in haar baan het dichtst bij de zon staat, draait in de loop van de tijd om de zon. Einsteins algemene relativiteitstheorie biedt een betere verklaring voor de precieze snelheid waarmee dit gebeurt dan Newtons algemene zwaartekrachtwet. Althans, zo zegt men. Ik heb geen idee hoe ik dit zelf zou kunnen nagaan. Sterker nog, ik heb niet eens de mogelijkheden om te controleren of de bronnen waaraan ik deze informatie ontleen betrouwbaar zijn of niet. Zelfs daarvoor moet ik vertrouwen op andere bronnen.
Wetenschap vertrouwt ook op getuigenis, maar het wetenschappelijk bedrijf heeft wel extra controlemechanismen ingebouwd die we in het dagelijks leven ontberen. Wetenschappers volgen onderzoeksmethoden die ervoor zorgen dat snel gemaakte vergissingen geëlimineerd worden, ze controleren elkaars resultaten voordat die gepubliceerd worden en eenmaal gepubliceerde claims worden door anderen weer kritisch onderzocht. Desalniettemin: als wetenschappers hun kennis niet zouden delen of zouden liegen over hun resultaten, zou de groei van kennis krakend tot stilstand komen.
Ondertussen is het de laatste decennia in sommige wetenschapsgebieden – vooral de medische wetenschap – normaal geworden dat onderzoek geheel of gedeeltelijk gefinancierd en/of uitgevoerd wordt door private bedrijven met commerciële doelstellingen. Deze gang van zaken is onderdeel van een bredere trend om wetenschap en hoger onderwijs meer en meer als koopwaar te beschouwen.
De recente controverse over het (vermeende?) nut van dubbele inenting tegen de Mexicaanse griep is een mooi voorbeeld. Prof. Ab Osterhaus (Erasmus MC) was een van de belangrijkste adviseurs van de regering, maar bleek ook certificaten van aandelen te hebben in een bedrijfje dat geld verdient met onderzoek naar virussen en vaccins, ViroClinics. Zoiets bewijst natuurlijk geenszins dat Osterhaus’ financiële belangen zijn onderzoeksresultaten beïnvloedden of dat zijn advies opzettelijk overdreven was, maar iedereen kan inzien dat hier risico’s ontstaan.
We moeten ook realistisch blijven. Commercialisering is lang niet overal zo ver gevorderd als in de medische wetenschap en dat zal wellicht ook nooit gebeuren. Privaat geld maakt ook veel onderzoek mogelijk dat anders nooit gefinancierd had kunnen worden. Bovendien heeft wetenschap altijd al te maken gehad met sociale belangen, want wetenschappers zijn ook maar mensen.
Toch is het goed om zorgvuldig na te denken over wat de toenemende vermarkting van wetenschap betekent. Wetenschapsfilosofen zijn hier nog nauwelijks mee begonnen. Ik wil daar wat verandering in brengen door na te gaan hoe commerciële belangen inwerken op het delen en verspreiden van kennis; op de rol van getuigenis als kenbron in de wetenschap. Deze benadering levert diverse mogelijkheden op.
- a) Commerciële belangen kunnen geheimhouding in de hand werken. Als ik geld kan verdienen met mijn kennis, zal ik haar minder snel met jou delen.
- b) Commerciële belangen kunnen barrières opwerpen voor de soepele verspreiding van kennis. Door mijn kennis te beschermen met een octrooi, kan ik jou geld laten betalen om mijn kennis te benutten.
- c) Commercialisering kan ervoor zorgen dat wetenschappers directe financiële belangen hebben bij bepaalde onderzoeksresultaten en dus blootstaan aan de verleiding om het net iets minder nauw te nemen met de methodologische eisen. Zo werkt commercialisering onbetrouwbaarheid in de hand en dat ondermijnt de rechtvaardiging die er normaal is om te geloven wat andere wetenschappers beweren.
- d) Financiële prikkels kunnen omgekeerd ook leiden tot prikkels om betere kwaliteit te leveren, zoals verdedigers van de vrije markt niet ophouden te benadrukken.
- e) Commercieel geld maakt ook simpelweg meer onderzoek mogelijk en leidt dus tot meer kennis om te delen.
Ik wil de komende jaren proberen na te gaan of deze korte suggesties standhouden. Daarvoor zal ik eerst een analyse ontwikkelen van hoe getuigenis precies functioneert in de wetenschap. Die analyse levert een kader om te beoordelen of en hoe vermarkting de belangeloze en vrije uitwisseling van ideeën die tot het ideaal van wetenschap behoort inderdaad meer of anders bedreigt dan de sociale processen waarmee wetenschap altijd al behept was. Ik weet nog niet wat de uitkomsten zullen zijn, maar ik ben er wel van overtuigd dat het onderwerp alle aandacht waard is. We moeten de ziel van wetenschap niet verkopen.
In deze rubriek vertelt een filosoof wat hij of zij het belangrijkste filosofische probleem van dit moment vindt en geeft daarna het stokje door. Jeroen de Ridder geeft het stokje door aan Wybo Houkes.